Uitspraak
wonende te [woonplaats] ,
wonende te [woonplaats] ,
2.Uitgangspunten en feiten
3.Beoordeling van het middel
4.Beslissing
8 oktober 2021.
Hoge Raad
In deze zaak heeft eiseres, een eigenaresse van twee percelen, een beroep in cassatie ingesteld tegen een arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. De zaak betreft een geschil tussen buren over de eigendom van een brug die de percelen van eiseres en verweerder verbindt. Eiseres vordert onder andere een verklaring voor recht dat zij eigenaresse is van de brug en verzoekt verweerder om de brug te herstellen. Het hof heeft de vorderingen van eiseres afgewezen, onder meer omdat het van oordeel is dat eiseres geen recht heeft op gebruik van de brug op basis van een erfdienstbaarheid. Eiseres heeft in cassatie aangevoerd dat het hof ten onrechte heeft geoordeeld dat zij geen eigendom van de brug heeft en dat de brug niet in gemeenschappelijke eigendom toebehoort aan haar en verweerder. De Hoge Raad heeft het arrest van het hof vernietigd en de zaak verwezen naar het gerechtshof 's-Hertogenbosch voor verdere behandeling. De Hoge Raad oordeelt dat eiseres wel degelijk een rechtens te respecteren belang heeft bij herstel van de brug, en dat het hof de gemeenschappelijke eigendom niet voldoende heeft meegewogen. De kosten van het geding in cassatie zijn voor verweerder.