ECLI:NL:HR:2020:795
Hoge Raad
- Artikel 80a RO-zaken
- Rechtspraak.nl
Cassatieberoep niet-ontvankelijk verklaard in belastingzaak betreffende Algemene ouderdomswet
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 24 april 2020 uitspraak gedaan in het cassatieberoep van [X] te [Z], Duitsland, tegen de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep van 10 december 2019, nr. 17/5464 AOW-PV. Dit beroep was gericht tegen een eerdere uitspraak van de Rechtbank Noord-Holland (nr. 16/4923) die betrekking had op een besluit van de Sociale verzekeringsbank ingevolge de Algemene ouderdomswet. De Hoge Raad heeft de ontvankelijkheid van het cassatieberoep beoordeeld en geconcludeerd dat de klachten over de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep niet kunnen slagen. Daarom heeft de Hoge Raad besloten om het beroep in cassatie niet-ontvankelijk te verklaren, gebruikmakend van artikel 80a van de Wet op de rechterlijke organisatie. De Hoge Raad heeft geen aanleiding gezien om een veroordeling in de proceskosten uit te spreken. De uitspraak is gedaan door de raadsheer J. Wortel als voorzitter, samen met de raadsheren A.F.M.Q. Beukers-van Dooren en P.A.G.M. Cools, en is openbaar uitgesproken op 24 april 2020.