ECLI:NL:HR:2020:699
Hoge Raad
- Cassatie
- Rechtspraak.nl
Cassatie over griffierecht en proceskostenvergoeding in belastingzaak
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 17 april 2020 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die was ingesteld door belanghebbende, [X], tegen het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Landsmeer. De zaak betreft een geschil over de onroerendezaakbelastingen voor het jaar 2016 en de daarbij behorende proceskostenvergoeding. De uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 15 augustus 2019 werd door belanghebbende bestreden, waarbij het Hof had geoordeeld dat de heffingsambtenaar in strijd met artikel 8:42 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) had gehandeld door het verslag van de hoorzitting niet over te leggen. Het Hof oordeelde dat de heffingsambtenaar in de kosten van het beroep en het hoger beroep moest worden veroordeeld, wat leidde tot vernietiging van de uitspraak van de Rechtbank Noord-Holland.
De Hoge Raad heeft de klachten van belanghebbende beoordeeld en vastgesteld dat het Hof had moeten bepalen dat het griffierecht van de beroepsfase vergoed moest worden. De Hoge Raad verklaarde het beroep in cassatie gegrond en vernietigde de uitspraak van het Hof, maar alleen voor zover het Hof niet had bepaald dat de heffingsambtenaar het door belanghebbende betaalde griffierecht moest vergoeden. De Hoge Raad droeg de heffingsambtenaar op om het griffierecht dat belanghebbende voor de behandeling van de zaak bij de Rechtbank had betaald, te vergoeden. Daarnaast werd het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Landsmeer veroordeeld tot vergoeding van het griffierecht dat belanghebbende voor de behandeling van het beroep in cassatie had betaald, alsook in de kosten van het geding in cassatie, vastgesteld op € 1.050 voor beroepsmatig verleende rechtsbijstand.
Deze uitspraak benadrukt het belang van een correcte procesgang en de verplichting van de heffingsambtenaar om relevante documenten te overleggen in bezwaarprocedures. De Hoge Raad bevestigt hiermee de noodzaak van een eerlijke rechtsgang en de bescherming van de rechten van belanghebbenden in belastingzaken.