ECLI:NL:HR:2020:1948
Hoge Raad
- Cassatie
- P.M.F. van Loon
- L.F. van Kalmthout
- E.F. Faase
- Rechtspraak.nl
Cassatie over de kwalificatie van kwijtschelding van rentevordering als uitdeling van winst in de inkomstenbelasting
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 18 december 2020 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure over de kwalificatie van een kwijtschelding van een rentevordering door een BV aan haar aandeelhouder. De belanghebbende, aangeduid als [X] te [Z], had beroep in cassatie ingesteld tegen de uitspraak van het Gerechtshof Den Haag van 18 september 2019, waarin de Inspecteur een bedrag van € 54.940 als inkomen uit aanmerkelijk belang had aangemerkt. Het Hof had geoordeeld dat de kwijtschelding van dit bedrag door [E] B.V. aan de belanghebbende moest worden aangemerkt als een uitdeling van winst, wat gevolgen had voor de heffing van inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen.
De Hoge Raad heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat de oordelen van het Hof niet konden standhouden, omdat het Hof in een andere zaak (ECLI:NL:HR:2020:1949) de eerdere uitspraak van het Hof had vernietigd. Hierdoor viel de grond aan de oordelen van het Hof weg. De overige klachten van de belanghebbende konden niet tot cassatie leiden, omdat deze niet relevant waren voor de ontwikkeling van het recht. De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie gegrond verklaard, de uitspraak van het Hof vernietigd en de zaak verwezen naar het Gerechtshof Amsterdam voor verdere behandeling.
Daarnaast heeft de Hoge Raad bepaald dat de Staatssecretaris van Financiën de kosten van het geding in cassatie moet vergoeden, inclusief het griffierecht en de kosten voor beroepsmatig verleende rechtsbijstand. Dit arrest is openbaar uitgesproken en is van belang voor de kwalificatie van uitdelingen van winst in de inkomstenbelasting.