ECLI:NL:HR:2019:617

Hoge Raad

Datum uitspraak
16 april 2019
Publicatiedatum
16 april 2019
Zaaknummer
17/04412
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontvankelijkheid van het beroep in cassatie wegens tardieve indiening van schriftuur

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 16 april 2019 uitspraak gedaan in een cassatieberoep tegen een arrest van het Gerechtshof 's-Hertogenbosch van 18 augustus 2017. De verdachte, geboren in 1967, had beroep ingesteld tegen het eerder genomen arrest. De advocaat van de verdachte, G.J.A. van de Grint, heeft bij schriftuur een middel van cassatie voorgesteld. De Advocaat-Generaal, F.W. Bleichrodt, heeft geconcludeerd tot niet-ontvankelijkverklaring van de verdachte in het beroep. De Hoge Raad heeft de ontvankelijkheid van het beroep beoordeeld en op basis van de gronden die zijn vermeld in de conclusie van de Advocaat-Generaal, heeft de Hoge Raad geoordeeld dat de verdachte niet kan worden ontvangen in het ingestelde beroep. Dit oordeel is gebaseerd op het feit dat de schriftuur tardief was ingediend, wat in de risicosfeer van de verdachte ligt. De mededeling van de raadsman dat zijn faxapparaat op de laatste dag van de 60-dagentermijn dienst weigerde, kan hieraan niet afdoen. De Hoge Raad heeft de verdachte derhalve niet-ontvankelijk verklaard in het beroep.

Uitspraak

16 april 2019
Strafkamer
nr. S 17/04412
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof 's-Hertogenbosch van 18 augustus 2017, nummer 20/003729-16, in de strafzaak tegen:
[verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1967.

1.Geding in cassatie

Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft G.J.A. van de Grint, advocaat te Eindhoven, bij schriftuur een middel van cassatie voorgesteld.
De Advocaat-Generaal F.W. Bleichrodt heeft geconcludeerd tot niet-ontvankelijkverklaring van de verdachte in het beroep.

2.Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep

Op de gronden die zijn vermeld in de conclusie van de Advocaat-Generaal onder 3 tot en met 5 kan de verdachte niet worden ontvangen in het ingestelde beroep.

3.Beslissing

De Hoge Raad verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in het beroep.
Dit arrest is gewezen door de vice-president W.A.M. van Schendel als voorzitter, en de raadsheren E.S.G.N.A.I. van de Griend en M.J. Borgers, in bijzijn van de waarnemend griffier S.P.J. Lugtenburg, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
16 april 2019.