ECLI:NL:HR:2019:224

Hoge Raad

Datum uitspraak
15 februari 2019
Publicatiedatum
14 februari 2019
Zaaknummer
17/06023
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over de koop van een dressuurpaard en de vraag of de koper als consument of bedrijfsmatig heeft gekocht

In deze zaak gaat het om een cassatieberoep dat is ingesteld door twee eisers tegen de besluiten van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. De zaak betreft de koop van een dressuurpaard en de vraag of de koper het paard als consument of bedrijfsmatig heeft aangeschaft, zoals geregeld in artikel 7:5 van het Burgerlijk Wetboek. De Hoge Raad verwijst naar eerdere vonnissen van de kantonrechter en arresten van het hof die relevant zijn voor de beoordeling van de zaak. De eisers hebben beroep in cassatie ingesteld tegen de arresten van het hof van 28 maart 2017 en 19 september 2017. De advocaat-generaal heeft geconcludeerd tot verwerping van het cassatieberoep, wat de Hoge Raad uiteindelijk ook heeft gedaan. De Hoge Raad oordeelt dat de klachten van de eisers niet tot cassatie kunnen leiden, en dat er geen noodzaak is voor nadere motivering, aangezien de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad verwerpt het beroep en veroordeelt de eisers in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van de verweerster, Fyto Horse Care B.V., zijn begroot op een totaal van € 4.872,34.

Uitspraak

15 februari 2019
Eerste Kamer
17/06023
TT/AR
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
1. [eiser 1] ,
wonende te [woonplaats] ,
2. [eiser 2] ,
wonende te [woonplaats] ,
EISERS tot cassatie,
advocaat: mr. J. den Hoed,
t e g e n
FYTO HORSE CARE B.V.,
gevestigd te Putten,
VERWEERSTER in cassatie,
advocaat: mr. M.B.A. Alkema.
Eisers zullen hierna ook worden aangeduid als [eisers] Verweerster zal hierna ook worden aangeduid als Fyto.

1.Het geding in feitelijke instanties

Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar:
a. de vonnissen in de zaak 464973 CV EXPL 11-2736 van de kantonrechter te Harderwijk van 1 februari 2012, 10 oktober 2012 en 5 december 2012 en van de kantonrechter te Apeldoorn van 22 mei 2013, 16 juli 2014, 29 oktober 2014 en 15 april 2015;
b. de arresten in de zaak 200.172.588 van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 11 augustus 2015, 28 maart 2017 en 19 september 2017, verbeterd bij beslissing van 19 december 2017.
De arresten van het hof van 28 maart 2017 en 19 september 2017 zijn aan dit arrest gehecht.

2.Het geding in cassatie

Tegen de arresten van het hof van 28 maart 2017 en 19 september 2017 hebben [eisers] beroep in cassatie ingesteld. De procesinleiding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
Fyto heeft een verweerschrift tot verwerping ingediend.
De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten.
De conclusie van de Advocaat-Generaal E.M. Wesseling-van Gent strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
De advocaat van [eisers] heeft schriftelijk op die conclusie gereageerd.

3.Beoordeling van het middel

De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81 lid 1 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

4.Beslissing

De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt [eisers] in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van Fyto begroot op € 2.672,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de vicepresident E.J. Numann als voorzitter en de raadsheren A.H.T. Heisterkamp, G. Snijders, M.V. Polak en T.H. Tanja-van den Broek, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer M.V. Polak op
15 februari 2019.