ECLI:NL:HR:2019:1723
Hoge Raad
- Artikel 80a RO-zaken
- Rechtspraak.nl
Cassatieberoep niet-ontvankelijk verklaard wegens onvoldoende belang
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 8 november 2019 uitspraak gedaan in het cassatieberoep van belanghebbende, die in hoger beroep was gegaan tegen een uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. De zaak betreft een beschikking op grond van de Wet waardering onroerende zaken en de aanslagen in de onroerendezaakbelastingen van de gemeente Nijmegen voor het jaar 2014, met betrekking tot een onroerende zaak gelegen aan de [a-straat 1] te [Z]. De Hoge Raad heeft de ontvankelijkheid van het cassatieberoep beoordeeld en geconcludeerd dat de klachten die door de partij zijn ingediend, geen behandeling in cassatie rechtvaardigen. Dit is gebaseerd op het feit dat de partij die het cassatieberoep heeft ingesteld, klaarblijkelijk onvoldoende belang heeft bij het cassatieberoep, dan wel dat de klachten niet tot cassatie kunnen leiden. Daarom heeft de Hoge Raad, gehoord de Procureur-Generaal, het beroep in cassatie niet-ontvankelijk verklaard. Tevens heeft de Hoge Raad geen aanleiding gezien voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak is gedaan door de raadsheer M.A. Fierstra als voorzitter, en de raadsheren J. Wortel en A.F.M.Q. Beukers-van Dooren, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier F. Treuren, en is openbaar uitgesproken op 8 november 2019.