ECLI:NL:HR:2019:1159

Hoge Raad

Datum uitspraak
9 juli 2019
Publicatiedatum
9 juli 2019
Zaaknummer
17/05292
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing beroep op noodweer in zaak van bedreiging met zware mishandeling

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 9 juli 2019 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, dat op 27 oktober 2017 had plaatsgevonden. De verdachte, geboren in 1945, had beroep ingesteld tegen het oordeel van het hof. De verdediging, vertegenwoordigd door advocaat M.E. van der Werf, stelde een middel van cassatie voor. De plaatsvervangend Advocaat-Generaal D.J.M.W. Paridaens concludeerde tot verwerping van het beroep.

De Hoge Raad heeft het middel beoordeeld en geconcludeerd dat het niet tot cassatie kan leiden. De Hoge Raad oordeelde dat, gezien artikel 81, eerste lid, van de Wet op de rechterlijke organisatie (RO), er geen nadere motivering nodig was, omdat het middel niet leidde tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep van de verdachte verworpen, waarmee het oordeel van het Gerechtshof in stand bleef. Dit arrest is gewezen door de vice-president en twee raadsheren, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer17/05292
Datum9 juli 2019
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Leeuwarden, van 27 oktober 2017, nummer 21/002820-16, in de strafzaak
tegen
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1945,
hierna: de verdachte.

1.Geding in cassatie

Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft M.E. van der Werf, advocaat te Amsterdam, bij schriftuur een middel van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De plaatsvervangend Advocaat-Generaal D.J.M.W. Paridaens heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.

2.Beoordeling van het middel

Het middel kan niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81, eerste lid, RO, geen nadere motivering nu het middel niet noopt tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3.Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de vice-president W.A.M. van Schendel als voorzitter, en de raadsheren E.S.G.N.A.I. van de Griend en M.J. Borgers, in bijzijn van de waarnemend griffier S.P.J. Lugtenburg, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
9 juli 2019.