ECLI:NL:HR:2019:1040

Hoge Raad

Datum uitspraak
28 juni 2019
Publicatiedatum
27 juni 2019
Zaaknummer
18/00362
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over contactverbod tussen curator en advocaat in curatelezaak

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 28 juni 2019 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure met zaaknummer 18/00362. De eiseres, die onder curatele staat, had een contactverbod opgelegd gekregen door haar curator met betrekking tot haar advocaat. De zaak betreft de vraag of dit contactverbod, dat door de curator was opgelegd, gerechtvaardigd was vanuit medisch oogpunt. De Hoge Raad verwijst naar eerdere jurisprudentie, met name naar het arrest van 28 januari 1994 (ECLI:NL:HR:1994:ZC1246), en overweegt dat de klachten van de eiseres niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad oordeelt dat de aangevoerde klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De conclusie van de Advocaat-Generaal M.H. Wissink strekte tot verwerping van het cassatieberoep, en de Hoge Raad volgt deze conclusie. De kosten van het geding in cassatie worden gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt. Het arrest is openbaar uitgesproken door raadsheer M.V. Polak.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
CIVIELE KAMER
Nummer18/00362
Datum28 juni 2019
ARREST
In de zaak van
[eiseres] ,
wonende te [woonplaats 1] ,
EISERES tot cassatie,
hierna: [eiseres] ,
advocaat: mr. K. Aantjes,
tegen
[verweerster] , zowel pro se als in haar hoedanigheid van (gewezen) curator van [eiseres] ,
wonende te [woonplaats 2] ,
VERWEERSTER in cassatie,
hierna: de gewezen curator,
advocaat voor verweerster in haar hoedanigheid van (gewezen) curator:
mr. J.H.M. van Swaaij,
en
GOEDHART BEWIND B.V., in hoedanigheid van (huidig) curator van [eiseres] ,
gevestigd te Hilversum,
BELANGHEBBENDE in cassatie,
hierna: de opvolgend curator,
niet verschenen.

1.Procesverloop

Voor het verloop van het geding tot dusver verwijst de Hoge Raad naar zijn arrest in deze zaak van 22 juni 2018, ECLI:NL:HR:2018:982.
De opvolgend curator is door [eiseres] opgeroepen, maar heeft geen verweerschrift ingediend.
De conclusie van de Advocaat-Generaal M.H. Wissink strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
De advocaat van [eiseres] heeft schriftelijk op die conclusie gereageerd.

2.Beoordeling van het middel

De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81 lid 1 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3.Beslissing

De Hoge Raad:
  • verwerpt het beroep;
  • compenseert de kosten van het geding in cassatie aldus dat iedere partij de eigen kosten draagt.
Dit arrest is gewezen door de vicepresident E.J. Numann als voorzitter en de raadsheren A.H.T. Heisterkamp, M.V. Polak, C.E. du Perron en M.J. Kroeze, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer M.V. Polak op
28 juni 2019.