ECLI:NL:HR:2018:890

Hoge Raad

Datum uitspraak
12 juni 2018
Publicatiedatum
8 juni 2018
Zaaknummer
17/00086
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Schietincident door politieman tijdens alcoholcontrole met betrekking tot rechtmatigheid van gebruik dienstwapen en getuigenverklaringen

In deze zaak gaat het om een schietincident waarbij een politieman tijdens een alcoholcontrole heeft geschoten op een bestuurder die kort daarvoor was aangehouden op verdenking van rijden onder invloed. De verdachte heeft cassatie ingesteld tegen een arrest van het Gerechtshof Den Haag. De verdediging heeft middelen van cassatie voorgesteld, waarbij onder andere de betrouwbaarheid van getuigenverklaringen en de ambtsinstructie aan de orde komen. Tevens wordt de rechtmatigheid van het gebruik van het dienstwapen besproken in het licht van artikel 42 van het Wetboek van Strafrecht, evenals de interpretatie van het 'redelijk vermoeden van schuld' en de mogelijkheid van putatief noodweer.

De plaatsvervangend Advocaat-Generaal D.J.M.W. Paridaens heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad heeft de middelen beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad oordeelt dat er geen nadere motivering nodig is, aangezien de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. Op 12 juni 2018 heeft de Hoge Raad het beroep verworpen, waarbij het arrest is gewezen door vice-president J. de Hullu en de raadsheren E.S.G.N.A.I. van de Griend en M.J. Borgers, in aanwezigheid van griffier S.P. Bakker.

Uitspraak

12 juni 2018
Strafkamer
nr. S 17/00086
ABO
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Den Haag van 3 oktober 2016, nummer 22/005372-14, in de strafzaak tegen:
[verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1976.

1.Geding in cassatie

Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze hebben G.G.J.A. Knoops en E. Vogelvang, beiden advocaat te Amsterdam, bij schriftuur middelen van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De plaatsvervangend Advocaat-Generaal D.J.M.W. Paridaens heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De raadslieden hebben daarop schriftelijk gereageerd.

2.Beoordeling van de middelen

De middelen kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81, eerste lid, RO, geen nadere motivering nu de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3.Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de vice-president J. de Hullu als voorzitter, en de raadsheren E.S.G.N.A.I. van de Griend en M.J. Borgers, in bijzijn van de griffier S.P. Bakker, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
12 juni 2018.