ECLI:NL:HR:2018:450

Hoge Raad

Datum uitspraak
27 maart 2018
Publicatiedatum
27 maart 2018
Zaaknummer
16/02781
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie tegen beschikking inzake beklag en beslag ex art. 94a Sv met betrekking tot gedoogde coffeeshops

In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een beschikking van de Rechtbank Den Haag, gedateerd 24 mei 2016, met nummer RK 14/3512. Het beroep is ingesteld door de klager, die werd bijgestaan door advocaat G. Spong uit Amsterdam. De zaak betreft een klaagschrift als bedoeld in artikel 552a van het Wetboek van Strafvordering (Sv), dat betrekking heeft op beslag ex artikel 94a Sv in het kader van gedoogde coffeeshops. Dit is een vervolg op de eerdere uitspraak van de Hoge Raad, ECLI:NL:HR:2016:73.

De Advocaat-Generaal T.N.B.M. Spronken heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De raadsman heeft hierop schriftelijk gereageerd. De Hoge Raad heeft het middel beoordeeld en geconcludeerd dat het niet tot cassatie kan leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, eerste lid, van het Reglement voor de Rechtspraak (RO), geen nadere motivering, omdat het middel niet noopt tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

Op 27 maart 2018 heeft de Hoge Raad het beroep verworpen. De beschikking is gegeven door de vice-president J. de Hullu als voorzitter, en de raadsheren V. van den Brink en M.J. Borgers, in aanwezigheid van de waarnemend griffier E. Schnetz, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting.

Uitspraak

27 maart 2018
Strafkamer
nr. S 16/02781 B
ABO
Hoge Raad der Nederlanden
Beschikking
op het beroep in cassatie tegen een beschikking van de Rechtbank Den Haag van 24 mei 2016, nummer RK 14/3512, op een klaagschrift als bedoeld in art. 552a Sv, ingediend door:
[C], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1966.

1.Geding in cassatie

Het beroep is ingesteld door de klager. Namens deze heeft G. Spong, advocaat te Amsterdam, bij schriftuur een middel van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan deze beschikking gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal T.N.B.M. Spronken heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De raadsman heeft daarop schriftelijk gereageerd.

2.Beoordeling van het middel

Het middel kan niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81, eerste lid, RO, geen nadere motivering nu het middel niet noopt tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3.Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Deze beschikking is gegeven door de vice-president J. de Hullu als voorzitter, en de raadsheren V. van den Brink en M.J. Borgers, in bijzijn van de waarnemend griffier E. Schnetz, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
27 maart 2018.