Uitspraak
1.Geding in cassatie
2.Beoordeling van het middel
3.Beslissing
20 maart 2018.
Hoge Raad
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een arrest van het Gerechtshof Den Haag van 16 maart 2016, waarbij het hof een aanhoudingsverzoek van de verdachte heeft afgewezen. De verdachte, geboren in 1971, was niet verschenen op de zitting in hoger beroep zonder opgave van redenen. De Hoge Raad heeft op 20 maart 2018 uitspraak gedaan in deze zaak, onder zaaknummer 16/01541. De advocaat van de verdachte, A.P. Visser, heeft een middel van cassatie voorgesteld, maar de Advocaat-Generaal F.W. Bleichrodt heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad oordeelt dat het middel niet kan leiden tot cassatie, omdat het geen rechtsvragen oproept die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De beslissing van de Hoge Raad is dat het beroep wordt verworpen, en dit arrest is uitgesproken ter openbare terechtzitting.