ECLI:NL:HR:2018:2224

Hoge Raad

Datum uitspraak
4 december 2018
Publicatiedatum
3 december 2018
Zaaknummer
17/00825
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Profijtontneming in verband met deelname aan criminele organisatie en telecomfraude

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 4 december 2018 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een beslissing van het Gerechtshof Amsterdam. De zaak betreft een vordering tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel, die voortvloeit uit de deelname aan een criminele organisatie die op grootschalige wijze telecomfraude heeft gepleegd. De betrokkene, geboren in 1982, heeft beroep in cassatie ingesteld tegen de uitspraak van het hof van 10 februari 2017. De advocaat van de betrokkene, J.E. Kötter, heeft middelen van cassatie voorgesteld, die aan het arrest zijn gehecht.

De Advocaat-Generaal, F.W. Bleichrodt, heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad heeft de middelen beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet tot cassatie kunnen leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, eerste lid, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, omdat de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep verworpen. Dit arrest is gewezen door de vice-president W.A.M. van Schendel als voorzitter, samen met de raadsheren Y. Buruma en A.L.J. van Strien, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting.

Uitspraak

4 december 2018
Strafkamer
nr. S 17/00825 P
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 10 februari 2017, nummer 23/005273-13, op een vordering tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel ten laste van:
[betrokkene ], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1982.

1.Geding in cassatie

Het beroep is ingesteld door de betrokkene. Namens deze heeft J.E. Kötter, advocaat te Amsterdam, bij schriftuur middelen van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal F.W. Bleichrodt heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.

2.Beoordeling van de middelen

De middelen kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81, eerste lid, RO, geen nadere motivering nu de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3.Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de vice-president W.A.M. van Schendel als voorzitter, en de raadsheren Y. Buruma en A.L.J. van Strien, in bijzijn van de waarnemend griffier H.J.S. Kea, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
4 december 2018.