Uitspraak
gevestigd te Bussum,
gevestigd te Den Haag,
1.Het geding in feitelijke instanties
2.Het geding in cassatie
3.Uitgangspunten in cassatie
- i) HCP houdt zich als onderneming onder meer bezig met het opkopen van vorderingen, die zij vervolgens tracht te incasseren. Op 30 september 2013 heeft HCP een vordering van Aquila Informatica B.V. (hierna: Aquila) op MN gekocht. De vordering is blijkens de koopovereenkomst aan HCP verkocht en gecedeerd.
- ii) Aquila is een informatie-architectenbureau. Zij adviseert klanten over informatiesystemen, ontwerpt die systemen en levert zo nodig ook de bijbehorende software. Tevens plaatst zij ter zake kundig personeel bij klanten. Zij richt zich in het bijzonder op verzekeraars en pensioenuitvoerders.
- iii) MN is een pensioenuitvoerder. Zij houdt zich in opdracht van pensioenfondsen bezig met de uitvoering van pensioenregelingen, hetgeen ziet op pensioenadministratie en vermogensbeheer.
- iv) MN is ontstaan uit het Pensioenfonds Metaal en Techniek (hierna: PMT). In aanvang had PMT de pensioenadministratie en het vermogensbeheer in eigen hand en was daarmee een zogenoemd ‘zelfadministrerend fonds’. De pensioenadministratie en het vermogensbeheer waren binnen PMT ondergebracht in ‘MN Services’. Met ingang van 1 januari 2001 is MN Services verzelfstandigd en als naamloze vennootschap voortgezet onder de naam MN Services N.V. met PMT als klant/opdrachtgever.
- v) Op 21 juni 1999 hebben MN en Aquila een raamovereenkomst gesloten met het oog op door Aquila aan MN te leveren diensten, die betrekking hadden op de pensioenadministratie van MN.
- vi) In het Ondernemingsplan 2001/2001-2003 van MN, waarin het strategisch beleid voor de jaren 2001 tot en met 2003 wordt weergegeven, staat onder meer vermeld:
De hiervoor genoemde voorgenomen herinrichting van de bedrijfsprocessen geeft daartoe een krachtige impuls.
- xii) MN is na 2001 in onderhandeling getreden met pensioenfonds Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Metalektro (hierna: PME) over een eventuele ‘insourcing’ van PME. PME had de pensioenadministratie destijds ondergebracht bij pensioenuitvoerder Syntrus Achmea. In 2004 heeft Aquila een presentatie verzorgd voor MN, met als titel: “Insourcing PME bij Mn Service, wat betekent dit?”. De daaropvolgende sheet vermeldt: “Vanuit de kennis en kunde van Aquila met Mn Services meewerken om de insourcing van PME per 1-1-2006 op ICT gebied (ondersteuning van administratieve processen) succesvol te laten verlopen.” Ook in een door Aquila in 2005 voor MN opgesteld rapport wordt melding gemaakt van de insourcing van PME.
- xiii) Met ingang van 2007 heeft PME haar vermogensbeheer ondergebracht bij MN en per 1 januari 2010 ook haar pensioenadministratie.
- xiv) Ook het pensioenfonds Stichting bedrijfspensioenfonds voor de Koopvaardij (hierna: Koopvaardij) heeft haar pensioenadministratie van Syntrus Achmea overgeheveld naar MN.
- xv) In 2011 heeft Aquila een onderzoek voor MN uitgevoerd ter toetsing van de informatiearchitectuur, met als aanleiding, volgens Aquila, “de grote hoeveelheid inspanning die het heeft gekost om PME en [Koopvaardij] te gaan administreren. En de relatief forse inspanning uit een recente offerte om een klein pensioenfonds aan te sluiten”.
- xvi) In de loop van 2011, althans de eerste helft van 2012, heeft Aquila MN aangesproken tot betaling van de in de deelovereenkomst overeengekomen fee. Bij brief van 28 september 2012 heeft MN aan Aquila meegedeeld dat zij vindt dat zij niet tot betaling gehouden is.
(i) een verklaring voor recht dat MN toerekenbaar is tekortgeschoten in de nakoming van haar verplichtingen uit hoofde van art. 9.11 van de raamovereenkomst en daarmee in verzuim is, (ii) een veroordeling van MN tot betaling van een bedrag van € 700.000,-- aan licentievergoedingen, vermeerderd met de wettelijke handelsrente, en
(iii) veroordeling van MN tot betaling van boetes voor het in gebreke blijven met het melden van het samengaan van MN met PME respectievelijk Koopvaardij.
1 januari 2010 en dus na de inwerkingtreding van art. 6:119a BW (rov. 4.9 van het tussenarrest).
Klant-op-1”, een voorgenomen herinrichting van de bedrijfsprocessen. Deze betrokkenheid zag ook op de pensioenadministratie. In het rapport
“Informatiearchitectuur Mn Services” van de hand van een medewerker van MN èn een medewerker van Aquila staan onder “Beleidsuitgangspunten” marktontwikkelingen vermeld:
“Mn Services wil 3x zo groot worden en voert hiertoe een offensieve strategie gericht op omzetgroei en verbetering van kwaliteit. Deze doelen zullen bereikt worden door (…) nieuwe opdrachtgevers (Buiten de MTB nieuwe opdrachtgevers werven, bijvoorbeeld andere pensioenfondsen. Fusie en samenwerking. Verregaande samenwerking met één of meerdere opdrachtgevers."Dit rapport verscheen in november 2001. In dezelfde maand hebben MN en Aquila een intentieverklaring getekend. Daarin is een regeling opgenomen voor het geval MN een ander bedrijf overneemt, door een ander bedrijf wordt overgenomen of met een ander bedrijf samengaat. Dan is MN een licentievergoeding verschuldigd. Deze gevallen zijn in de Raamovereenkomst uitgewerkt in onder meer de artikelen 9.3 en 9.4. In het kader van uitwisseling tussen partijen van teksten heeft [betrokkene 1] van Aquila in een e-mail over onder meer deze bepalingen geschreven dat hij de tekst nog eens goed heeft gelezen en geen belemmeringen ziet voor de groeistrategie van MN. Het hof gaat er daarom vanuit dat partijen ook met de bepalingen in de artikelen 9.3 en 9.4 voor ogen hadden dat MN het voornemen had te groeien door het werven van nieuwe opdrachtgevers. HCP stelt ook zelf dat de raamovereenkomst rekening houdt met de groeistrategie van MN en zelfs dat het de bedoeling van MN was nieuwe klanten te bedienen.
“de aanstelling van Mn Services als fiduciair vermogensbeheerder".Bij brief van 6 juli 2007 (…) werd Aquila geïnformeerd dat MN en PME contracten hadden getekend op grond waarvan MN het fiduciair vermogensbeheer voor PME zou gaan uitvoeren. Het jaarverslag 2008 van MN (…) houdt onder meer het volgende in:
In 2008 heeft Mn Services intensieve gesprekken gevoerd over een mogelijke samenwerking met Syntrus Achmea.(…)
In 2008 is ook gestart met de voorbereiding voor de transitie van de pensioenadministraties van [PME] en [Koopvaardij]. Deze transactie moet in 2009 zijn afgerond(…).”
Nadat in 2007 [PME] Cerestar en Nutreco kozen voor Mn Services, volgden in 2008 het vermogensbeheer van [Koopvaardij]. PME besloot in 2008 net als [Koopvaardij] om naast het vermogensbeheer ook de pensioenadministratie onder te brengen bij Mn Services. Beide fondsen brengen de administratie bij Mn Services onder in 2010.”
4.Beoordeling van het middel in het incidentele beroep
5.Beoordeling van het middel in het principale beroep
6.Beslissing
28 september 2018.