ECLI:NL:HR:2018:135

Hoge Raad

Datum uitspraak
2 februari 2018
Publicatiedatum
1 februari 2018
Zaaknummer
17/05593
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Belastingrecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontvankelijkheid van het beroep in cassatie wegens gebreke aan informatie

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 2 februari 2018 uitspraak gedaan in het beroep in cassatie met nummer 17/05593. De zaak betreft de ontvankelijkheid van het beroep in cassatie van de belanghebbende. De griffier van de Hoge Raad had de belanghebbende op 12 december 2017 per aangetekende brief verzocht om binnen vier weken een afschrift van de bestreden uitspraak over te leggen. Deze brief was afgeleverd op het door belanghebbende opgegeven adres, maar de belanghebbende heeft nagelaten aan dit verzoek te voldoen. Hierdoor was het voor de Hoge Raad niet mogelijk om te bepalen waarop het geschil precies betrekking had.

De Hoge Raad heeft in zijn beoordeling geconcludeerd dat, gezien de gebreken in de informatievoorziening door de belanghebbende, het beroep in cassatie niet-ontvankelijk verklaard moest worden. Dit betekent dat de Hoge Raad niet verder ingaat op de inhoud van de zaak, omdat de noodzakelijke informatie ontbreekt. De Hoge Raad heeft ook geen termen aanwezig geacht voor een veroordeling in de proceskosten, wat betekent dat elke partij zijn eigen kosten draagt.

De uitspraak is gedaan door de raadsheer J. Wortel als voorzitter, samen met de raadsheren Th. Groeneveld en A.F.M.Q Beukers-van Dooren, en is openbaar uitgesproken op 2 februari 2018.

Uitspraak

2 februari 2018
Nr. 17/05593
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van
[X]te
[Z](hierna: belanghebbende).

1.Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep in cassatie

De griffier van de Hoge Raad heeft belanghebbende bij aangetekende brief van 12 december 2017, die volgens de gegevens van Track&Trace van PostNL is afgeleverd op het door belanghebbende opgegeven adres, verzocht binnen vier weken na de dagtekening van deze brief een afschrift van de bestreden uitspraak over te leggen.
Belanghebbende is evenwel in gebreke gebleven aan dat verzoek te voldoen.
Nu het niet mogelijk is te bepalen waarop het geschil betrekking heeft, zal de Hoge Raad het beroep in cassatie niet-ontvankelijk verklaren.

2.Proceskosten

De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.

3.Beslissing

De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet‑ontvankelijk.
Dit arrest is gewezen door de raadsheer J. Wortel als voorzitter, en de raadsheren Th. Groeneveld en A.F.M.Q Beukers-van Dooren, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier F. Treuren, en in het openbaar uitgesproken op 2 februari 2018.