In deze zaak heeft de Hoge Raad op 12 mei 2017 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die was ingesteld door Sortiva Papier en Kunststoffen B.V. en een andere eiseres tegen de curator in de faillissementen van VAOP Oud Papier B.V. en Coöperatieve Vereniging VAOP U.A. De zaak betreft een geschil over de verrekeningsbevoegdheid van de curator en het retentierecht van de eisers. De Hoge Raad verwijst naar eerdere vonnissen van de rechtbank Noord-Holland en een arrest van het gerechtshof Amsterdam. De eisers hebben beroep in cassatie ingesteld tegen het arrest van het hof, terwijl de curator incidenteel cassatieberoep heeft ingesteld. De Hoge Raad heeft de klachten van de eisers in de middelen niet gegrond verklaard en het beroep verworpen. Tevens zijn de kosten van het geding in cassatie aan beide partijen opgelegd, waarbij de curator en de eisers in de kosten zijn veroordeeld. De conclusie van de Advocaat-Generaal strekte tot verwerping van zowel het principale als het incidentele beroep.