ECLI:NL:HR:2017:707

Hoge Raad

Datum uitspraak
18 april 2017
Publicatiedatum
18 april 2017
Zaaknummer
15/05067
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beslissing inzake openbaarheidsvereiste bij uitspraak van het Gerechtshof

In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie tegen een beschikking van het Gerechtshof Amsterdam, gedateerd 27 oktober 2015, met nummer RK 001901-14. De klager, geboren in 1974, heeft een klaagschrift ingediend op basis van artikel 552a van het Wetboek van Strafvordering (Sv). De advocaat van de klager, B.P. de Boer, heeft middelen van cassatie voorgesteld, welke zijn gehecht aan de beschikking. De Advocaat-Generaal W.H. Vellinga heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep, waarop de klager schriftelijk heeft gereageerd via zijn andere advocaat, R. van Leusden.

De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en vastgesteld dat het eerste middel niet tot cassatie kan leiden, omdat het geen nadere motivering behoeft volgens artikel 81, eerste lid, van de Wet op de rechterlijke organisatie (RO). Het tweede middel betreft de klacht dat de bestreden beslissing niet in het openbaar is uitgesproken. De Hoge Raad heeft vastgesteld dat uit de stukken niet blijkt dat de beslissing overeenkomstig artikel 24, eerste lid, Sv in het openbaar is uitgesproken. Dit betekent dat de klacht terecht is, en de Hoge Raad heeft besloten om zelf de bestreden beslissing ter openbare terechtzitting uit te spreken, zoals ook is gebeurd in een eerdere uitspraak van 15 december 2009 (ECLI:NL:HR:2009:BJ7799).

Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep verworpen. Deze beschikking is gegeven op 18 april 2017 door de vice-president A.J.A. van Dorst, samen met de raadsheren E.S.G.N.A.I. van de Griend en M.J. Borgers, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting.

Uitspraak

18 april 2017
Strafkamer
nr. S 15/05067 B
BKL
Hoge Raad der Nederlanden
Beschikking
op het beroep in cassatie tegen een beschikking van het Gerechtshof Amsterdam van 27 oktober 2015, nummer RK 001901-14, op een klaagschrift als bedoeld in art. 552a Sv, ingediend door:
[klager], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1974.

1.Geding in cassatie

Het beroep is ingesteld door de klager. Namens deze heeft B.P. de Boer, advocaat te Amsterdam, bij schriftuur middelen van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan deze beschikking gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal W.H. Vellinga heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
Namens de klager heeft R. van Leusden, advocaat te Amsterdam, daarop schriftelijk gereageerd.
2 Beoordeling van het eerste middel
Het middel kan niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81, eerste lid, RO, geen nadere motivering nu het middel niet noopt tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3.Beoordeling van het tweede middel

3.1.
Het middel behelst de klacht dat de bestreden beslissing niet in het openbaar is uitgesproken.
3.2.
Uit de aan de Hoge Raad gezonden stukken blijkt niet dat de bestreden beslissing overeenkomstig art. 24, eerste lid, Sv in het openbaar is uitgesproken, zodat het ervoor moet worden gehouden dat dit niet is geschied. Het middel klaagt daarover terecht.
3.3.
De Hoge Raad zal doen wat het Hof had behoren te doen en zelf de bestreden beslissing ter openbare terechtzitting uitspreken (vgl. HR 15 december 2009, ECLI:NL:HR:2009:BJ7799, NJ 2010/610).

4.Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Deze beschikking is gegeven door de vice-president A.J.A. van Dorst als voorzitter, en de raadsheren E.S.G.N.A.I. van de Griend en M.J. Borgers, in bijzijn van de waarnemend griffier E. Schnetz, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
18 april 2017.