Deze bewezenverklaring steunt op de volgende bewijsmiddelen:
"1. Een afschrift uit het Handelsregister van de Kamer van Koophandel Flevoland (in kopie; D/Al-01/02) voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Statutaire naam van de stichting:
Stichting [A]
Verkorte naam: [A]
Statutaire woonplaats: Lelystad
Datum oprichting: 27-10-97.
2. Een afschrift uit het Handelsregister van de Kamer van Koophandel Flevoland (in kopie; D/Al-01/02 (pagina 11/13 van 44)), betreffende een formulier Inschrijving functionaris voor een rechtspersoon, voorzover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Voor welke rechtspersoon wordt de functionaris opgegeven?
Naam: Stichting [A]
Achternaam: [verdachte]
Voornamen: [verdachte]
Geboortedatum: [geboortedatum] -56
Geboorteplaats: [geboorteplaats]
De functionaris heeft de functie van bestuurder
Heeft de functionaris een statutaire titel?
Ja namelijk penningmeester
Datum infunctietreding: 01-01-99.
3. Een afschrift uit het Handelsregister van de Kamer van Koophandel Flevoland (in kopie; D/A1-01/02, pagina 15-16 van 44), betreffende een formulier Wijziging functionarisgegevens, voorzover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Voor welke rechtspersoon wordt de wijziging opgegeven?
Naam: Stichting [A]
Naam van de functionaris die uittreedt: [betrokkene 1]
Functie zoals die voor de wijziging werd uitgeoefend: vice-voorzitter
Datum waarop de functionaris uit functie is getreden: 31-03-1999.
4. Een afschrift uit het Handelsregister van de Kamer van Koophandel Flevoland (in kopie; D/Al-01/02 (pagina 34-37 van 44)), betreffende een formulier Wijziging vennootschaps- of rechtspersoon-gegevens, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
De naam waaronder de rechtspersoon bij de Kamer van Koophandel staat ingeschreven is: Stichting [A]
De ingangsdatum van de statutenwijziging is: 12-5-2000
De nieuwe statutaire naam is: Stichting [B] .
Ondergetekende: [verdachte]
Datum 17 mei 2000.
5. Een afschrift uit het Handelsregister van de Kamer van Koophandel Flevoland (in kopie; D/Al-01/02 (pagina 38/39 en 41 van 44)), betreffende een formulier Wijziging functionarisgegevens, voorzover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Voor welke rechtspersoon wordt de wijziging opgegeven?
Naam: Stichting [B]
Kruis aan om wat voor soort wijziging het gaat:
beëindiging van de functie
Naam van de functionaris die uittreedt: [verdachte]
Functie zoals die tot voor wijziging werd uitgeoefend: pen.meester
Datum waarop de functionaris uit functie is getreden:
8-8-2000
Ondergetekende verklaart dat dit formulier naar waarheid is ingevuld
Achternaam en voorletters: [verdachte]
Datum: 8-8-2000
Handtekening: [verdachte] .
6. Een vonnis faillietverklaring d.d. 4 oktober 2000 (in kopie; D/Al-01/01), voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
De arrondissementsrechtbank te Zwolle verklaart Stichting [B] , statutair gevestigd te Lelystad, in staat van faillissement en stelt aan tot curator mr. J.A. Werner, advocaat en procureur te Harderwijk.
7. Een proces-verbaal verhoor aangever (bijlage Al-01), in de wettelijke vorm opgemaakt door [verbalisant 4] , brigadier van politie en [verbalisant 5] , inspecteur van politie, en gesloten op 30 augustus 2001, voor zover inhoudende, als verklaring van J.A. Werner, zakelijk weergeven:
Bij vonnis van de rechtbank te Zwolle d.d. 4 oktober 2000 werd de Stichting [B] (voorheen genaamd [A] ) in staat van faillissement verklaard met benoeming van ondergetekende tot curator. Bestuurder van de Stichting was op faillissementsdatum alleen nog [betrokkene 2] . De overige bestuurders van de Stichting waren al eerder afgetreden, waarvan laatstelijk [verdachte] .
Voor zover ik heb kunnen constateren was binnen de stichting geen andere boekhoudingsadministratie aanwezig dan de klad kasadministratie/handmatig bijgehouden kasboek, die ik van [betrokkene 1] ontving. [betrokkene 1] was een van de reeds eerder uitgetreden bestuurders. Ondanks herhaalde vragen van mij zowel aan [verdachte] als aan [betrokkene 1] , heb ik niet meer ontvangen dan op 7 mei 2001 een aantal dozen waarvan ik u een kopie van de specificatie van de inhoud overhandig. Vervolgens heb ik op 9 oktober 2000 een brief gestuurd naar [verdachte] , de laatste penningmeester, met daarin het verzoek om informatie te verschaffen over de gevoerde administratie van de stichting [B] . Van [betrokkene 1] , een eerder uitgetreden bestuurder, ontving ik een brief, welke voor gezien en akkoord was getekend door [verdachte] , waarin antwoord werd gegeven op de door mij gestelde vragen. In deze brief werd gesteld dat er geen boekhouding aanwezig was.
8. Een geschrift (in kopie: D/Al-01/04) op briefpapier van Werner & Van Os Advocaten en Procureurs, met daarop handgeschreven "Ontvangen van [betrokkene 1] op 7 mei 2001" zijnde een specificatie waarop vermeld afschriften van drie bankrekeningnummers (Fortis periode 3-1-2000 t/m 16-10-2000, VSB-Bank periode 5-1-2000 t/m 16-10-2000 en SNS-Bank periode 7-1-2000 t/m 15-10-2000); een aantal kasstukken en -overzichten uit 1997, 1998, januari-maart 1999 en 18 archiefdozen met cliëntendossiers.
9. Het raamproces-verbaal op 8 oktober 2003 op ambtseed c.q. ambtsbelofte opgemaakt en ondertekend door [verbalisant 1] en [verbalisant 2] , beiden buitengewoon opsporingsambtenaar en werkzaam als rechercheur bij de Belastingdienst/FIOD-ECD, en wel a. op p. 7, zakelijk weergegeven:
Op 7 mei 2001 heeft de curator, mr. J.A. Werner, een aantal dozen met administratieve bescheiden ontvangen van [betrokkene 1] , zo verklaarde hij op 30 augustus 2001 tegenover de politie (Al-01). Volgens een door hem aan de politie overhandigde lijst (D/Al-01/04) zijn de volgende administratieve bescheiden aan hem overhandigd:
- een aantal dagafschriften van een drietal bankrekeningen ten name van Stichting [A] , over de periode 30 september 1997 tot en met 16 oktober 2000;
- een aantal kasstukken en -overzichten uit diverse perioden uit 1998;
- een achttiental dozen met cliëntendossiers.
b. op p. 10, zakelijk weergegeven:
Op 5 juni 2003 heeft, onder leiding van de rechter-commissaris, een doorzoeking plaatsgevonden in de woning van de verdachte [betrokkene 1] . Tijdens deze doorzoeking is een aantal administratieve bescheiden van de Stichting [A] / Stichting [B] inbeslaggenomen door de rechter-commissaris. Het betreft onder meer:
- een aantal bankafschriften van de bankrekeningnummers [0001] , ten name van de Stichting [A] gehouden bij de Fortis Bank (en haar rechtsvoorgangers), over de periode 31 december 1998 tot 24 december 1999;
- een aantal bankafschriften van de bankrekeningnummers [0002] , ten name van de Stichting [A] gehouden bij de Fortis Bank (en haar rechtsvoorgangers), over de periode 1 april 1999 tot 22 december 1999;
- een bankafschrift van de bankrekeningnummers [0003] , ten name van de Stichting [A] gehouden bij de SNS Bank, d.d. 12 mei 1999;
- een viertal brieven van Perfect Partners uit juli 1999 gericht aan Stichting [A] ;
een stageverslag van een stagiair van de HES Amsterdam bij de Stichting [A] waarin deze onder meer schrijft dat:
- in de praktijk bleek dat van een staat van baten en lasten geen sprake was;
- niet nauwkeurig werd bijgehouden wat de maandelijkse inkomsten uitgaven van de stichting zijn;
- de Stichting [A] slechts zeer summier bijhield wat de eigen inkomsten en uitgaven waren;
- er sprake was van een gebrekkige verantwoording door de bewindvoerder;
- geldopnames door de bewindvoerder niet door derden werden gecontroleerd.
10. Een geschrift (in kopie; D/A1-0J/05), te weten een brief van mr. J.A. Werner, curator, gericht aan [verdachte] , d.d. 9 oktober 2000, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als vraag 08:
08. * Tot wanneer is de boekhouding/administratie bijgewerkt?
11. Een geschrift (in kopie; D/AI-01/05), te weten een brief van st. [C] gericht aan de heer Werner, d.d. 11 oktober 2000, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Uw brief is in goede orde ontvangen en wij zullen trachten uw vragen te beantwoorden.(...)
08 er is geen boekhouding, financiële klantenadministratie werd doorgaans maandelijks bijgewerkt.
(...) Lelystad 11 oktober 2000;
[betrokkene 1]
vm bewindvoerder
(handtekening)
gezien en akkoord bevonden
(handtekening)
[verdachte]
vm penningmeester
12. Een proces-verbaal van verhoor aangever (V2-01, p. 2-3), in de wettelijke vorm opgemaakt door [verbalisant 3] , hoofdagent van politie, opgemaakt op 9 oktober 2000, voor zover inhoudende, als verklaring van [betrokkene 1] - in aanwezigheid van verdachte - , zakelijk weergegeven:
Eind 1999 moesten wij voor de Stichting een nieuw onderkomen zoeken. Ten overstaan van het hele bestuur heeft [betrokkene 2] aangeboden de huur alsmede de gehele inrichting van het pand te zullen betalen. [verdachte] was toen eveneens al aangetreden als penningmeester van ons bestuur. Door de Stichting is het nieuwe pand gehuurd en is voor vijfentwintigduizend gulden aan goederen besteld bij de IKEA. Tevens is er voor vijftienduizend gulden aan garantiesom en huurbijdrage open komen te staan. Ik begon op een gegeven moment argwaan te krijgen en heb haar verzocht de bestelde goederen te retourneren aangezien wij hiervoor geen dekking hadden en geen schriftelijke garantie van haar hadden. Ik had op een gegeven moment geen vertrouwen meer in [betrokkene 2] en ik voorzag dat deze Stichting grote financiële problemen zou krijgen. Ik ben toen opgestapt. Ik heb echter [verdachte] verzocht aan te blijven als penningmeester, zodat hij nog enig overzicht en controle kon houden over het financiële gedeelte. [verdachte] is toen op mijn verzoek aangebleven.
13. Een proces-verbaal van verhoor (V2-04, p. 3, 7 en 8), in de wettelijke vorm opgemaakt door [verbalisant 1] en [verbalisant 2] , beiden buitengewoon opsporingsambtenaar en werkzaam als rechercheur bij de Belastingdienst/FIOD-ECD, gesloten op 27 augustus 2003, voor zover inhoudende, als verklaring van [betrokkene 1] wonende [a-straat 1] te [woonplaats] , zakelijk weergegeven:
[verdachte] was als penningmeester verantwoordelijk voor de administratie. Toen hij zag dat het kasboek een puinhoop was, in mei 1999, heeft [verdachte] hier een aantekening in gemaakt die luidde: ' [betrokkene 5] / [betrokkene 2] , het kasboek is een rotzooitje. Hiervoor neem ik geen verantwoording.' (...)
[verdachte] was in het bezit gekomen van de administratie van de Stichting [B] . Vervolgens heeft (hij, hof) gezorgd dat de administratie bij mij kwam. (...) Met administratie bedoelde ik de maandoverzichten van de klanten die onder mijn beheer stonden. Een financiële administratie (boekhouding) was er niet. Ik heb alles wat ik op dat moment had aan Werner gegeven. (...) Tijdens de doorzoeking op 5 juni 2003 hebben jullie nog een aantal zaken van de Stichting [A] gevonden. Onder andere bankafschriften welke in een doos onder lege ordners lagen. Deze doos is abusievelijk achtergebleven in mijn woning. (...)
Een financiële administratie was er niet. (...) De boekhouding bestond uit niet meer dan een zeer slecht bijgehouden kasboek.
14. Een proces-verbaal van verhoor, in de wettelijke vorm opgemaakt door [verbalisant 1] en [verbalisant 2] , beiden buitengewoon opsporingsambtenaar en werkzaam als rechercheur bij de Belastingdienst/FIOD-ECD, gesloten op 3 april 2003 (V3-01, p. 2, 5, 6, 8) voor zover inhoudende, als verklaring van verdachte, zakelijk weergegeven:
Nee, ik heb noch is onder mijn verantwoording, als penningmeester van de Stichting [A] / [B] een jaarrekening opgemaakt over de jaren 1999 en 2000. (...) Toen ik penningmeester werd, deed [betrokkene 5] de boekhouding. Ik bemoeide mij niet zo met de dagelijkse gang van zaken, ik kan dus weinig over de boekhouding vertellen. (...) Ik weet niet waaruit de administratie van Stichting [B] buiten het kladkasboek bestond. (...) Ik weet niet of er wel eens kascontrole werd gehouden. (...) Ik ben op 12 augustus 2000 bij Stichting [C] in het bestuur gekomen. Ik wilde [betrokkene 1] niet alleen verder laten gaan.
15. Proces-verbaal terechtzitting gerechtshof Arnhem, parketnummer 21-002310-05 d.d. 29 juni 2007, als verklaring van verdachte onder meer inhoudende:
Ik was kandidaat-notaris. Ik ben gevraagd om per 1 januari 1999 toe te treden tot het bestuur van Stichting [A] . Ik was penningmeester. Ik zou toezicht gaan houden op de bewindvoerder [betrokkene 1] . (...) De ECD is langs geweest voor een controle. Er werd toen aangegeven dat het anders moest. Na 1 januari 2000 wilden we het wijzigen naar aanleiding van de opmerkingen van de ECD. (...) Er waren vroeger ook grootboekrekeningen van elke cliënt. Toen ik kwam, werd dit niet meer bijgehouden. (...) Toen het faillissement werd uitgesproken, had ik geen administratie meer van [A] . Voor het faillissement heb ik acceptgiro's van [betrokkene 5] gekregen en die heb ik diezelfde avond naar [betrokkene 1] gebracht. Later heb ik ook nog dozen met ordners gekregen en deze heb ik ook linea recta naar [betrokkene 1] gebracht. Dat was ook voor het faillissement. (...) De Stichting [C] heeft de bewindvoeringsactiviteiten overgenomen. (...) [betrokkene 1] heeft de administratie in ontvangst genomen; eerst de acceptgiro's en later de ordners. (...) Er is mij een kastje gebracht met administratie. Een zwart kastje vol met acceptgiro's. Dat had [betrokkene 5] bij [betrokkene 6] gebracht. Dat kastje heb ik opgehaald. Dat waren de acceptgiro's. Later werden de klappers gebracht door [betrokkene 5] en [betrokkene 6] . (...)
Ik wist dat het faillissement in de lucht hing. We hebben het geprobeerd tegen te houden door het laminaat te betalen. Er werd gedreigd met een faillissement in september 2000. (...) Het kon vriezen en het kon dooien.
16. Proces-verbaal van verhoor van getuige opgesteld door de rechter-commissaris strafzaken in de Rechtbank Zwolle-Lelystad d.d. 29 januari 2007, bevattende het verhoor van [betrokkene 5] , onder meer inhoudende:
In 1998 ben ik als vrijwilligster bij [A] gaan werken. Mijn taak was om plastic tassen met stukken van mensen die zich aanmelden voor schuldbemiddeling op te ruimen. In die tassen zat van alles: aanmaningen, rekeningen van deurwaarders e.d. ik legde per cliënt een ordner aan. In mei 1999 ben ik de administratie gaan doen. Op maandlijsten, per cliënt, werden de te verrichten betalingen opgenomen en de uitgaven via de kas stonden in het kasboek. Er was geen derdenrekening. Ik kreeg ook de bankafschriften. De maandlijsten werden in twee ordners, alfabetisch, bewaard. (...)
Op 9 september 2000 is alles geëindigd. De meubels waren al door de deurwaarder weggehaald. Wat er nog was heeft [verdachte] later opgehaald bij degene die mij met de ontruiming heeft geholpen. De administratie heb ik zelf bij [verdachte] gebracht, dezelfde avond nog.
17. Een proces-verbaal van aangifte (A2-01, p.), in de wettelijke vorm opgemaakt door [verbalisant 1] en [verbalisant 2] beiden buitengewoon opsporingsambtenaar en werkzaam als rechercheur bij de Belastingdienst/ FIOD-ECD, gesloten op 6 februari 2003, voor zover inhoudende, als verklaring van [betrokkene 5] , zakelijk weergegeven:
Ik heb de boekhouding overgedragen aan [verdachte] . [verdachte] heeft mij verteld dat hij de boekhouding heeft overgedragen aan [betrokkene 1] . (...) Op 7 september 2000 heeft [verdachte] mij 's avonds telefonisch opdracht gegeven de administratie veilig te stellen. [verdachte] had mij opgedragen de hulp in te roepen van [betrokkene 6] . De administratie stond netjes in dozen ingepakt. Een deel is bij mij terecht gekomen en een deel bij [betrokkene 6] . Bij mij stonden dozen met alle ordners, een stuk of 30 denk ik. Bij [betrokkene 6] stonden twee archiefkasten met onder andere bankafschriften. De dozen die bij mij stonden, heb ik een paar dagen later bij [verdachte] gebracht. De spullen die bij [betrokkene 6] stonden, heeft [verdachte] zelf opgehaald."