Uitspraak
1.Geding in cassatie
2.Beoordeling van het middel
3.Beslissing
26 september 2017.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 26 september 2017 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een vonnis van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba. De verdachte was vrijgesproken van foltering, maar veroordeeld voor medeplegen van mishandeling. De mishandeling vond plaats tegen een gedetineerde die onder de zorg van de verdachte viel, terwijl deze gedetineerde geboeid was. De Hoge Raad heeft de maatstaf voor het begrip 'oogmerk' in het kader van de Landsverordening internationale misdrijven besproken. De Advocaat-Generaal D.J.C. Aben had geconcludeerd tot vernietiging van de vrijspraak van foltering en terugwijzing van de zaak naar het Gemeenschappelijk Hof voor herbehandeling. De Hoge Raad heeft het beroep van het Openbaar Ministerie verworpen, waarbij het middel niet tot cassatie leidde op basis van de gronden die zijn vermeld in een eerder uitgesproken arrest. De zaak heeft samenhang met andere zaken die op dezelfde datum zijn behandeld.