Deze bewezenverklaring steunt op de volgende bewijsmiddelen:
"1. Een geschrift, zijnde een aangifte faillissementsfraude, d.d. 27 juli 2012, opgemaakt en ondertekend door W.S.T. Joha, curator. Het houdt onder meer in - zakelijk weergegeven - (pag. 9-10):
Ondergetekende,
Joha, Wilhelmina Simone Teitsma,
is bij vonnis van de Arrondissementsrechtbank te 's-Gravenhage d.d. 6 december 2011 benoemd tot curator in het faillissement van:
[verdachte],
h.o.d.n. [A] en [B]
geboortedatum: [geboortedatum]-1964
Deze aangifte richt zich tegen:
[verdachte],
geboortedatum: [geboortedatum]-1964
Hierbij doe ik aangifte ter zake van vermoedelijke overtreding van:
Artikel 341 Wetboek van Strafrecht:
Bedrieglijke bankbreuk door een gefailleerde persoon of (de feitelijk leidinggevende) van een gefailleerde rechtspersoon in de zin van artikel 51 Wetboek van Strafrecht.
2. Een proces-verbaal d.d. 23 januari 2013 van de politie Haaglanden met nr. PL15J2 2012 234081. Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven - (blz. 43-46):
als de op genoemde datum afgelegde verklaring van W.S.T. Joha:
Op 6 december 2011 is door de Rechtbank te 's-Gravenhage het faillissement uitgesproken tegen [verdachte], die tot kort voor het faillissement een eenmanszaak had met daaronder twee bedrijven met de namen "[A]" en "[B]". De bedrijven waren gevestigd op de [a-straat 1 en 2] in Nootdorp.
Ik werd in dit faillissement aangewezen als curator en belast met de afhandeling daarvan. Het faillissement is op 6 december 2011 uitgesproken.
De administratie is schriftelijk en in persoon opgevraagd. Schriftelijk in ieder geval op 16 december 2011 en in persoon in ieder geval op 17 februari 2012 (tijdens een faillissementsverhoor op het politiebureau). Ik heb geen administratie van [verdachte] ontvangen.
In de e-mailbox van [verdachte] trof ik enkele stukken aan. Dit betrof informatie over de winst- en verliesrekening over de jaren 2010, 2011 en een verwachting over 2012. Daaruit kon ik niet de rechten en plichten van
[verdachte] halen; de aangetroffen administratie is te beperkt.
Mijn kantoorgenoot heeft [verdachte] verhoord. Hij heeft verklaard geen activa te hebben in 'het buitenland'.
De administratie zou in een la in de videotheek liggen (niet juist: dit is niet aangetroffen).
Alle administratie zou ook op een computer die in de videotheek staat staan (onjuist: hierop is niets aangetroffen!)
Hij zegt ook dat zijn zoon in het bezit is van de administratie (dit is niet gebleken).
Hij woont weer op zijn privé adres ([b-straat 1]) en is daar per e-mail bereikbaar.
Er is een afspraak gemaakt voor vrijdag 9 maart 2012. Hij zou daar zijn en alle administratie meenemen (hij is wel verschenen, maar heeft geen administratie meegenomen: enkel een uitdraai van zijn Spaanse bankrekening).
[verdachte] heeft naar mijn mening niet voldaan aan de op hem rustende verplichting om de boeken, bescheiden en dergelijke in ongeschonden staat tevoorschijn te brengen. Hij heeft geen administratie aan mij aangeleverd.
3. Een geschrift, zijnde een vonnis van de enkelvoudige kamer van de rechtbank 's-Gravenhage, d.d. 6 december 2011.
Het houdt onder meer in - zakelijk weergegeven -:
De rechtbank verklaart in staat van faillissement:
[verdachte],
Geboren op [geboortedatum] 1964 te [geboorteplaats], Woonadres: [woonplaats], [b-straat 1].
4. Een geschrift, zijnde een faillissementsverslag ex artikel 73a Fw. d.d. 18 januari 2012. Het houdt onder meer in - zakelijk weergegeven -:
Gegevens onderneming: [verdachte], handelende onder de namen [A], [C] en [B], gevestigd te [vestigingsplaats].
Datum uitspraak 6 december 2012 (het hof begrijpt: 2011), op verzoek van [D] B.V. te Dordrecht
Curator mr W.S.T. Joha
Activiteiten onderneming Videotheek en exploitatie van een koffiecorner
Verslagperiode 6 december 2011 t/m 18 januari 2012
[verdachte] (hierna: failliet) handelde tot 13 september 2011 onder de handelsnamen [A] en [B] (eenmanszaak). Deze ondernemingen, een videotheek en een koffiecorner, werden vanaf 13 januari 2011 geëxploiteerd aan de [a-straat 1 en 2] te Nootdorp.
Boekhoudplicht
Er zijn in de bedrijfsruimtes van de ondernemingen 2 computers aangetroffen. Hierop is enige administratie aangetroffen. Een groot gedeelte ontbreekt. Vooralsnog lijkt het erop dat niet aan de boekhoudverplichting is voldaan.
5. Een geschrift, zijnde een faillissementsverslag, ex artikel 73a Fw. d.d. 14 maart 2012. Het houdt onder meer in - zakelijk weergegeven -:
Gegevens onderneming: [verdachte], handelde onder de namen [A], [C] en [B], gevestigd te [vestigingsplaats].
Datum uitspraak 6 december 2012, op verzoek van [D] B.V. te Dordrecht
Curator mr W.S.T. Joha
Activiteiten onderneming Videotheek en exploitatie van een koffiecorner
Verslagperiode 18 januari 2012 - 14 maart 2012
Op 17 februari 2012 is [verdachte] (hierna: failliet) namens de curator op het politiebureau verhoord. Na dit verhoor heeft een gesprek met failliet op het kantoor van de curator plaatsgevonden. Failliet heeft hierbij inzage gegeven in bankafschriften van een Spaanse rekening die hij in Spanje aanhield.
Boekhoudplicht
Zoals in het vorige verslag is aangegeven ontbreekt een groot gedeelte van de administratie van de videotheek van failliet. Failliet heeft verklaard dat alle administratie op de in de videotheek aanwezige computers zou moeten staan. Echter dit is de curator niet gebleken. Het moet er voor worden gehouden dat aan de boekhoudverplichting niet is voldaan.
6. Een geschrift, zijnde een online inzage uittreksel uit de Kamer van Koophandel, d.d. 31 oktober 2012. Het houdt onder meer in - zakelijk weergegeven -:
Handelsnamen [verdachte] t.h.o.d.n.
[A]
[B]
Rechtsvorm eenmanszaak
Startdatum onderneming 13-01-2011."