Uitspraak
[X]te
[Z], Slowakije (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van de
Rechtbank Zeeland-West-Brabantvan 24 februari 2017, nr. BRE 16/4872, op het verzet van belanghebbende tegen de uitspraak van de Rechtbank van 8 december 2016.
Hoge Raad
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep ingesteld door Slowakije tegen een uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant. De Rechtbank had op 24 februari 2017 uitspraak gedaan in een verzet tegen een eerdere uitspraak van 8 december 2016. De Hoge Raad heeft de ontvankelijkheid van het cassatieberoep beoordeeld en geconcludeerd dat de klachten die door Slowakije zijn aangevoerd geen behandeling in cassatie rechtvaardigen. Dit oordeel is gebaseerd op het feit dat de partij die het cassatieberoep heeft ingesteld klaarblijkelijk onvoldoende belang heeft bij het cassatieberoep, dan wel dat de klachten klaarblijkelijk niet tot cassatie kunnen leiden. Daarom heeft de Hoge Raad, met toepassing van artikel 80a van de Wet op de rechterlijke organisatie, het beroep in cassatie niet-ontvankelijk verklaard. De uitspraak is gedaan in het openbaar op 7 juli 2017.