Uitspraak
zetelende te Middelharnis,
gemeente Goeree-Overflakkee,
gevestigd te Naaldwijk, gemeente Westland,
1.Het geding in feitelijke instantie
2.Het geding in cassatie
3.Beoordeling van het middel
4.Beslissing
18 november 2016.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 18 november 2016 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tussen de Gemeente Goeree-Overflakkee en De Eylaenden B.V. De Gemeente had een beroep in cassatie ingesteld tegen een arrest van het gerechtshof Den Haag, dat op 27 januari 2015 was gewezen. De kwestie betrof een samenwerkingsovereenkomst tussen de Gemeente en de projectontwikkelaar, waarbij de Gemeente werd verweten wanprestatie te hebben gepleegd door een gebrek in het bestemmingsplan. De Hoge Raad heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat de klachten die in het cassatiemiddel zijn aangevoerd, niet tot cassatie kunnen leiden. Dit werd onderbouwd met verwijzing naar artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie, waaruit blijkt dat de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
De Hoge Raad heeft het beroep van de Gemeente verworpen en de Gemeente veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van De Eylaenden zijn begroot op € 848,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. Deze uitspraak bevestigt de eerdere beslissingen van de lagere rechters en onderstreept de noodzaak voor gemeenten om zorgvuldig om te gaan met hun verplichtingen in samenwerkingsovereenkomsten met projectontwikkelaars.