Deze bewezenverklaring steunt op de volgende bewijsmiddelen:
"1. Het proces-verbaal van aangifte van [betrokkene] , op 17 februari 2012 opgemaakt en ondertekend door agent [verbalisant 1] (ambtsbelofte) en inspecteur [verbalisant 2] (ambtseed), dossierblz. 3 - 8, voor zover dit, zakelijk weergegeven, inhoudt:
(dossierblz. 3)
Ik ben [betrokkene] en ik wil aangifte doen van smaad.
(dossierblz. 4)
Ik werk momenteel bij Sandd B.V. als postbode. Ik bezorg in de wijk waar ik woon. [verdachte] is woonachtig aan de [a-straat 1] te Beek en Donk. Ik woon op loopafstand van [verdachte] .
(dossierblz. 6)
Op 15 februari 2012 zag ik dat er een poster van ongeveer 100 centimeter bij 80 centimeter groot op de voorgevel van de [a-straat 1] te Beek en Donk was geplakt. Ik zag dat er in totaal drie posters waren geplakt. Ik zag staan " [betrokkene] [het hof begrijpt: [betrokkene] ] van Sandds B.V. is een postdief". Ik zag dat deze tekst in grote koeienletters op geel papier was geschreven.
Mijn naam is ten schande gebracht door [verdachte] . Ik ben helemaal geen postdief. Als hij zijn post wil hebben, dan krijgt hij deze gewoon, maar dat wil hij niet. De posters zijn voor iedereen die voorbij zijn woning komt zichtbaar en duidelijk te lezen.
2. Het proces-verbaal van bevindingen d.d. 6 maart 2012, op ambtseed opgemaakt en ondertekend door brigadier [verbalisant 3] , dossierblz. 9 - 10a, voor zover dit, zakelijk weergegeven, inhoudt:
(dossierblz. 10)
Op 15 februari 2012 zag [betrokkene] dat er bij [verdachte] op de voorgevel een drietal posters op de ramen waren geplakt met de tekst [betrokkene] van Sandds B.V. is een postdief. Opmerking verbalisant: de naam [betrokkene] werd hier foutief geschreven. Dit moet [betrokkene] zijn. Dit is de meisjesnaam van genoemde aangeefster [betrokkene] .
Hierbij gevoegd wordt een proces-verbaal van bevindingen opgemaakt door collega's van Gemert-Laarbeek. Zij hebben deze posters op 15 februari 2015 zien hangen op de ramen in de voorgevel van de woning van [verdachte] , zijnde perceel [a-straat 1] te Beek en Donk, gemeente Laarbeek. Door het gedrag van deze [verdachte] voelt aangeefster zich ernstig in haar eer en goede naam aangetast vanwege het aanbrengen van genoemde posters met de omschreven tekst. Deze tekst was heel duidelijk te lezen.
De [a-straat 1] maakt deel uit van een woonwijk, waarbij de woningen kort bij elkaar zijn gebouwd en waar veelvuldig de buurtbewoners doorheen wandelen dan wel rijden.
3. Het proces-verbaal van bevindingen d.d. 28 februari 2012, opgemaakt en ondertekend door de brigadiers [verbalisant 4] (ambtsbelofte) en [verbalisant 5] (ambtseed), dossierblz. 11, voor zover dit, zakelijk weergegeven, inhoudt:
Op 15 februari 2012 waren wij belast met de wijkzorg in de gebieden Lieshout - Mariahout en Beek en Donk. Wij hadden eerder die dag vernomen dat op pand [1] aan de [a-straat] te Beek en Donk door de bewoner pamfletten waren opgehangen. Ter plaatse gekomen zagen wij dat de bewoner van pand [1] aan de [a-straat] voor een raam op de bovenverdieping en het bovenste raam van de voordeur twee pamfletten had gehangen. Wij zagen dat op deze pamfletten de naam stond van de postbezorgster en de firma Sandd . De volledige tekst luidde als volgt:
[betrokkene] [het hof begrijpt: [betrokkene] ] van Sandd b.v. is een postdief.
4. De verklaring van verdachte ter terechtzitting in hoger beroep d.d. 20 november 2013 tegenover de meervoudige kamer van dit hof:
Ik heb inderdaad op 15 februari 2012 platen met teksten opgehangen dat [betrokkene] een postdief is. Zij werkt bij Sandd en bezorgde mijn post. Ik weet niet meer hoeveel platen ik heb opgehangen, maar als u zegt dat het er drie zijn geweest, geloof ik dat."