ECLI:NL:HR:2016:202

Hoge Raad

Datum uitspraak
5 februari 2016
Publicatiedatum
5 februari 2016
Zaaknummer
15/03915
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Insolventierecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontvankelijkheid van schuldenaar en schuldeiser in verzetprocedure en cassatie in faillissementsrecht

In deze zaak, die op 5 februari 2016 door de Hoge Raad is behandeld, gaat het om de ontvankelijkheid van de verzoekers, Tyrenet Midden-Zeeland B.V. en een tweede verzoeker, in hun cassatieberoep tegen een beschikking van de rechtbank Zeeland-West-Brabant. De rechtbank had eerder op 13 augustus 2015 een beschikking gegeven in de zaak C/02/303124/FT RK 15.1163, waarnaar de Hoge Raad verwijst voor het verloop van het geding in feitelijke instantie. De verzoekers hebben beroep in cassatie ingesteld tegen deze beschikking, waarbij hun advocaat, mr. P.J.Ph. Dietz de Loos, hen heeft bijgestaan.

De Advocaat-Generaal L. Timmerman heeft in zijn conclusie geadviseerd om de verzoekers niet-ontvankelijk te verklaren in hun cassatieberoep. De advocaat van de verzoekers heeft hierop gereageerd met een brief op 12 november 2015. De Hoge Raad heeft de klachten die in het cassatiemiddel zijn aangevoerd, beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad oordeelt dat, gezien artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie, er geen nadere motivering nodig is, omdat de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep van de verzoekers verworpen, wat betekent dat de beschikking van de rechtbank in stand blijft. Deze uitspraak is openbaar uitgesproken door de raadsheren van de Hoge Raad.

Uitspraak

5 februari 2016
Eerste Kamer
15/03915
LZ/AS
Hoge Raad der Nederlanden
Beschikking
in de zaak van:
1. TYRENET MIDDEN-ZEELAND B.V.,
gevestigd te Heinkenszand,
2. [verzoeker 2] ,
wonende te [woonplaats] ,
VERZOEKERS tot cassatie,
advocaat: mr. P.J.Ph. Dietz de Loos.
Verzoekers zullen hierna ook worden aangeduid als Tyrenet en [verzoeker 2] .

1.Het geding in feitelijke instantie

Voor het verloop van het geding in feitelijke instantie verwijst de Hoge Raad naar de beschikking in de zaak C/02/303124/FT RK 15.1163 van de rechtbank Zeeland-West-Brabant van 13 augustus 2015.
De beschikking van de rechtbank is aan deze beschikking gehecht.

2.Het geding in cassatie

Tegen de beschikking van de rechtbank hebben Tyrenet en [verzoeker 2] beroep in cassatie ingesteld.
Het cassatierekest is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De zaak is voor Tyrenet en [verzoeker 2] toegelicht door hun advocaat.
De conclusie van de Advocaat-Generaal L. Timmerman strekt tot niet-ontvankelijkverklaring van Tyrenet en [verzoeker 2] in hun cassatieberoep.
De advocaat van Tyrenet en [verzoeker 2] heeft bij brief van 12 november 2015 op die conclusie gereageerd.

3.Beoordeling van het middel

De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81 lid 1 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

4.Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Deze beschikking is gegeven door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, M.V. Polak en T.H. Tanja-van den Broek, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer G. de Groot op
5 februari 2016.