Deze bewezenverklaring steunt op de volgende bewijsvoering:
" [betrokkene 1] heeft aangifte gedaan van inbraak in het bedrijf/kantoor van D-Reizen Vakantiewinkel, gevestigd aan de Moerwijk te Breda. Op 11 februari 2011, tussen 16.00 uur en 16.30 uur, werd [betrokkene 2] , een collega van [betrokkene 1] , gebeld door een persoon die opgaf werknemer te zijn van de firma […]. Deze medewerker vroeg aan [betrokkene 2] om het tijdslot niet op de kluis te zetten. Op 12 februari 2011, omstreeks 09.25 uur, kwam [betrokkene 1] 's collega [betrokkene 3] bij de zaak aan. Zij bemerkte dat zij de sleutel van de achterdeur van het bedrijfspand niet goed in het slot kon krijgen. Zij zag tevens verbrekingen aan deze achterdeur. Vervolgens betrad [betrokkene 3] via de voordeur het pand en zij zag dat de kluis open stond en dat de keuken was doorzocht.
Uit de aangifte is daarnaast af te leiden dat uit de kluis een bedrag van ongeveer € 9.500,00 aan bankbiljetten is weggenomen.
[betrokkene 1] heeft verdachte als een van de medewerkers van het reisbureau genoemd.
Verdachte heeft verklaard dat (naast haar) de volgende personen bij de inbraak betrokken zijn geweest:
[betrokkene 4] , [betrokkene 5] en [betrokkene 6] . [betrokkene 4] heeft verdachte het meest benaderd. Hij zou haar hebben verteld dat hij samen met [betrokkene 5] en [betrokkene 6] bij D-Reizen zou inbreken. Verdachte heeft aangegeven dat zij de anderen voorafgaand aan de inbraak heeft verteld dat er geen camera's en geen alarm in het reisbureau aanwezig zijn. Tevens heeft zij de anderen verteld dat de sleutels van de kluis in de keuken liggen. Zij geeft ook aan dat er ongeveer € 10.000,00 in de kluis moet hebben gelegen. Verder heeft verdachte verklaard dat zij foto's van het reisbureau aan de medeverdachten heeft verzonden. Verdachte zegt voor deze informatie € 1.700,00 te hebben ontvangen.
[betrokkene 5] heeft verklaard dat verdachte hem inlichtingen heeft verstrekt over de plaats van de sleutels van de kluis, de camera's en het tijdslot bij het betreffende kantoor van D-Reizen. Ook zou verdachte hem foto's hebben verzonden van de indeling van het magazijn, de locatie van de kluis en de achterdeur. [betrokkene 5] heeft voorts verklaard dat hij zich heeft voorgedaan als medewerker van het bedrijf […] en heeft gevraagd om het tijdslot van de kluis niet te activeren. Hij had van verdachte vernomen dat de tijdklok scheef hing en had een list bedacht om te omzeilen dat het tijdslot zou worden ingeschakeld. De medewerker van het reisbureau geloofde [betrokkene 5] . Volgens [betrokkene 5] had verdachte nog nagevraagd of het was gelukt met de tijdklok.
[betrokkene 5] heeft aangegeven dat hij in de nacht van 11 februari op 12 februari 2011 samen met [betrokkene 4] en [betrokkene 6] in zijn auto was gereden naar D-Reizen gelegen in het winkelcentrum Moerwijk te Breda. [betrokkene 6] en [betrokkene 4] hadden de achterdeur van het pand met een koevoet geforceerd. Daarop gingen [betrokkene 4] en [betrokkene 5] naar binnen. [betrokkene 6] ging op de uitkijk staan. [betrokkene 4] en [betrokkene 5] wisten waar zij moesten zoeken op grond van de informatie van verdachte. Onder een mok in het keukenkastje lag een deel van de sleutel van de kluis. Het andere deel van de sleutel lag onder de koffiefilterzakjes.
Middels deze sleuteldelen kon de kluis worden geopend. [betrokkene 5] pakte samen met [betrokkene 4] een aantal enveloppen met geld uit de kluis. Daarna verlieten zij meteen het pand.
De opbrengst was volgens [betrokkene 5] iets meer dan € 9.500,00.
Op grond van het bovenstaande acht de politierechter het primair tenlastegelegde feit wettig en overtuigend bewezen. Ondanks dat verdachte bij de feitelijke uitvoering niet aanwezig is geweest, reikt haar betrokkenheid bij de bedrijfsinbraak verder dan medeplichtigheid. Verdachte heeft de randvoorwaarden voor het plegen van dit strafbare feit geschept, zoals ook door de officier van justitie is betoogd. Zonder de rol van verdachte zou de inbraak niet kunnen zijn gepleegd althans zou het aanzienlijk minder makkelijk zijn geweest.
De politierechter heeft daarbij met name in aanmerking genomen dat verdachte aan de voorbereidingen van het feit heeft deelgenomen door onder meer essentiële informatie ter zake van de beveiliging als mede de plaats van de sleutels te verstrekken. Tevens heeft de politierechter rekening gehouden met de omstandigheid dat verdachte op de hoogte is geweest op welk tijdstip de inbraak zou plaatsvinden, dat zij op de dag van de inbraak nog heeft geïnformeerd bij een medeverdachte of het plan met het tijdslot was gelukt en dat zij heeft meegedeeld in de buit.
De politierechter is dan ook van oordeel dat er is sprake geweest van een bewuste en nauwe samenwerking met de medeverdachten."