ECLI:NL:HR:2016:1042

Hoge Raad

Datum uitspraak
3 juni 2016
Publicatiedatum
2 juni 2016
Zaaknummer
15/02342
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Belastingrecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatieberoep van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Maasdriel tegen uitspraak Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden betreffende legesheffing

In deze zaak heeft het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Maasdriel (hierna: het College) beroep in cassatie ingesteld tegen een uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. De uitspraak van het Hof, gedateerd 14 april 2015, betreft een hoger beroep van belanghebbende [X] B.V. tegen een eerdere uitspraak van de Rechtbank Gelderland (nr. AWB 13/5741) over de leges die aan belanghebbende zijn opgelegd. Het College heeft in cassatie verschillende middelen voorgesteld, maar de Hoge Raad oordeelt dat deze middelen niet tot cassatie kunnen leiden. Dit oordeel is gebaseerd op artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, dat stelt dat geen nadere motivering nodig is wanneer de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

De Hoge Raad heeft ook de proceskosten beoordeeld en oordeelt dat er geen termen aanwezig zijn voor een veroordeling in de proceskosten. Uiteindelijk verklaart de Hoge Raad het beroep in cassatie ongegrond. Dit arrest is uitgesproken op 3 juni 2016 door de raadsheer C. Schaap als voorzitter, samen met de raadsheren M.A. Fierstra en M.E. van Hilten, in aanwezigheid van waarnemend griffier F. Treuren. Tevens wordt er een griffierecht van € 497 geheven van het College.

Uitspraak

3 juni 2016
Nr. 15/02342
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Maasdriel(hierna: het College) tegen de uitspraak van het
Gerechtshof Arnhem-Leeuwardenvan 14 april 2015, nr. 14/00929, op het hoger beroep van
[X] B.V.te
[Z](hierna: belanghebbende) tegen een uitspraak van de Rechtbank Gelderland (nr. AWB 13/5741) betreffende de ten aanzien van belanghebbende geheven leges.

1.Geding in cassatie

Het College heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij een aantal middelen voorgesteld.

2.Beoordeling van de middelen

De middelen kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3.Proceskosten

De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.

4.Beslissing

De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie ongegrond.
Dit arrest is gewezen door de raadsheer C. Schaap als voorzitter, en de raadsheren M.A. Fierstra en M.E. van Hilten, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier F. Treuren, en in het openbaar uitgesproken op 3 juni 2016.
Van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Maasdriel wordt een griffierecht geheven van € 497.