Deze bewezenverklaring steunt - voor zover hier van belang - op de volgende bewijsmiddelen:
"7. Verbalisanten [verbalisant 1] (agent) en [verbalisant 2] (brigadier) hebben op 13 maart 2012 onder meer gerelateerd:
(...)
Innemen postpunt:
Wij begaven ons terstond naar de rijksweg N280 met de kruising van de toe- en afritten van de A73 te Roermond. Aldaar hebben wij statische post gevat op het kruispunt van de autosnelweg A73, en de N280 te Roermond.
Omstreeks 03.25 uur, zagen wij dat een kleine personenauto over de A73, komende uit de richting van Venlo, in onze richting reed. Wij zagen dat deze auto vervolgens over de afrit Roermond-Noord reed en ons tegemoet reed in de richting vanvoornoemde kruising. Toen deze auto de kruising naderde zagen wij dat het een rode personenauto van het merk Nissan en type Micra betrof met het Nederlandse kenteken: [AA-00-AA]. Het betrof de auto die zojuist in Tegelen gezien was bij de inbraak bij de juwelier.
Wij zagen dat er 4 personen in de Nissan zaten;
2 personen voorin en 2 personen op de achterbank. Wij zagen dat de Nissan vanaf de afrit A73 linksaf de N280 opreed en zijn weg daarover vervolgde in de richting van de Duitse grens. Wij reden deze Nissan achterna. Er ontstond een achtervolging waarbij ik, [verbalisant 1], bij voortduring middels de portofoon contact had met de meldkamer. Vervolgens heb ik, [verbalisant 1], de transparant op het dak van de politieauto geactiveerd en werd een stopteken aan de bestuurder van die Nissan gegeven. Wij zagen dat de bestuurder van de Nissan geen gevolg gaf aan het stopteken. Wij zagen dat hij de snelheid van de Nissan begon te verhogen tot circa 120 km/u terwijl de maximum toegestane snelheid aldaar 80 kilometer per uur bedraagt.
Vervolgens heb ik, [verbalisant 1], de optische en geluidssignalen van ons politievoertuig geactiveerd. Wij zagen dat de personenauto zijn snelheid begon te verhogen tot circa 150 km/u. De onderlinge afstand tussen ons en de Nissan bedroeg ongeveer 20 meter.
Omdat de bestuurder geen gevolg bleef geven aan het stopteken probeerde ik,[verbalisant 2], links naast die Nissan te komen. Ik begon de Nissan daarom in te halen. Wij zagen dat de bestuurder van die Nissan naar het midden van beide rijstroken ging rijden en de inhaalpoging probeerde te voorkomen.
Toen wij nagenoeg links op dezelfde hoogte kwamen van de Nissan kon ik, [verbalisant 1], de bestuurder goed zien. Ik keek hem aan en zag dat de bestuurder ook in mijn richting keek. Ik keek hem in zijn gelaat. Hierdoor herkende ik later de verdachte [verdachte] onmiskenbaar terug als de bestuurder van de Nissan.
2e pagina, alinea 4-7 en 8 en 3e pagina, alinea 1
Wij zagen dat de bestuurder verder naar links stuurde. Om een aanrijding met die Nissan te voorkomen remde ik, [verbalisant 2], af en stuurde ik de politieauto recht achter de Nissan. Wij bleven verder rijden over de N280 in de richting van de grensovergang met Duitsland, Maalbroek/Elmpt. Ik, [verbalisant 1], stelde de meldkamer in kennis van de naderende grensoverschrijding. Hierop verkregen wij van de meldkamer toestemming de grens net Duitsland te passeren. Kort hierna ontstond een grensoverschrijdende achtervolging op deze Nissan.
Wij reden over de Bundesautobahn BAB52 vanuit Roermond richting Elmpt/Mönchengladbach. Wij zagen dat de snelheid van de Nissan opliep. De onderlinge afstand bleef ongeveer 50 meter. De snelheid liep op naar 160 kilometer per uur.
(...)
Wij zagen dat de bestuurder van die Nissan ter hoogte van die afslag naar Elmpt naar rechts ging en aanstalte maakte om daar de autobahn te verlaten. Hierop stuurde ik, [verbalisant 2], de politieauto eveneens naar rechts. De bestuurder van de Nissan reed vervolgens een stuk over de afslag doch bedacht zich plotseling en stuurde met een ruk naar links. Hij vervolgde hierop zijn weg over de BAB52. Ik, [verbalisant 2], stuurde eveneens naar links en bleef hierna de Nissan volgen. Enkele honderden meters later, de Nissan reed op dat moment op de rechter rijstrook, verhoogde ik de snelheid van de politieauto en wilde ik links naast die Nissan gaan rijden. Op dat moment reden wij met een snelheid van ongeveer 140 kilometer per uur. Op het moment dat onze politieauto de Nissan dicht was genaderd en de voorzijde van onze politieauto nagenoeg bij de achterzijde van de Nissan was, zagen wij dat de Nissan naar links kwam en de onderlinge afstand zeer snel kleiner werd. Kennelijk wilde de bestuurder van de Nissan niet ingehaald worden. Om een zeker lijkende aanrijding te voorkomen moest ik, [verbalisant 2], snel uitwijken naar links en snelheid minderen.
Door deze manoeuvre van de bestuurder van de Nissan bracht hij ons, zichzelf en de andere inzittenden in de Nissan in ernstig gevaar. Door deze manoeuvre voelden wij ons ernstig bedreigd en waren de gevolgen niet te overzien geweest indien beide auto's met elkaar in aanraking zouden zijn gekomen, gelet op de gebezigde snelheid van ongeveer 140 kilometer per uur.
4e pagina, tweede alinea
Hierop bleven wij de Nissan achtervolgen over de A73 te Roermond in de richting van Venlo. Ik, [verbalisant 2], probeerde op de A73, op het rijbaanvak tussen Swalmen en Belfeld, diverse keren de Nissan links voorbij te rijden. Steeds weer probeerde de bestuurder van de Nissan dit te voorkomen door eveneens naar links te sturen en de doorgang te belemmeren. Steeds weer moest ik uitwijken en snelheid minderen. Aangekomen bij de afslag Belfeld reed de Nissan de afslag op. Wij reden toen richting de bebouwde kom van Tegelen. Hierna reden wij de Galgevenstraat in, een doodlopende weg. Wij zagen twee politieauto's voor ons op de weg stil staan. Voor deze politieauto's stond de Nissan stil. Wij zagen alle inzittenden uit de auto komen en wegrennen, ieder in een andere richting.
8. Verbalisant [verbalisant 2] heeft in een aanvullend proces-verbaal op 22 mei 2012 onder meer als volgt gerelateerd:
Mij werd verzocht bij aanvullend proces-verbaal te relateren over hetgeen voorgevallen was tijdens de achtervolging op 13 maart 2012 op het gedeelte van de A73, tussen Swalmen en Belfeld, zoals verwoord in het eerder opgemaakte proces-verbaal van bevindingen 2012024292-10, pagina 4, 2e alinea.
In de eerste plaats verwijs ik naar het gerelateerde in genoemd proces-verbaal van bevindingen op pagina 2, 4e-7e en 8e alinea alsmede pagina 3, 1e alinea.
Soortgelijke manoeuvres maakte de bestuurder van de Nissan op de A73 op het wegvlak tussen Swalmen en Belfeld. Op dit gedeelte van de A73 probeerde ik tot twee keer toe de Nissan aan de linkerzijde voorbij te rijden. Beide keren reed ik met een snelheid van ongeveer 140 km per uur achter deze Nissan. Beide keren verijdelde de bestuurder van die Nissan mijn inhaalpogingen door opzettelijk naar links te sturen in mijn richting op de momenten dat ik deze Nissan tot op korte afstand was genaderd. De onderlinge afstand tussen het door mij bestuurde dienstvoertuig en die Nissan bedroeg op die momenten slechts enkele meters. Door het naar links sturen van de bestuurder van die Nissan werd de vrije doorgang op de linker weghelft te smal en moest ik de inhaalmanoeuvre staken. De bestuurder van die Nissan verliet bij deze manoeuvres opzettelijk de door hem gevolgde rechter rijstrook. Er waren geen obstakels op zijn rijstrook en/of andere omstandigheden die het voor deze bestuurder noodzakelijk maakten om naar links te sturen. Door afremmen kon ik beide keren voorkomen dat er een aanrijding ontstond tussen het dienstvoertuig en die Nissan. Indien ik dat niet gedaan zou hebben was een aanrijding tussen beide voertuigen het gevolg geweest.
Gelet op de snelheden waarmee op die momenten gereden werd, ongeveer 140 kilometer per uur, bracht die bestuurder mij en mijn collega [verbalisant 1], die naast mij zat, in ernstig gevaar.
9. Verbalisanten [verbalisant 3] en [verbalisant 4] hebben op 13 maart 2012 onder meer als volgt gerelateerd:
Op 13 maart 2012 waren wij, verbalisanten [verbalisant 3] en [verbalisant 4], belast met de noodhulp binnen het district Venlo.
Hierop hebben wij de achtervolging ingezet in de richting van de A73.
Tijdens de achtervolging probeerde collega's van Roermond de rode auto links in te halen. Op dat moment zagen wij dat de collega's met hun voertuig links naast de rode auto reden om de auto in te halen.
Vervolgens zagen wij dat de bestuurder van de rode auto zijn voertuig naar links stuurde en kennelijk de auto van Roermond van de weg af probeerde te drukken. Doordat de collega's telkens naar links uitweken is er geen aanrijding ontstaan. Wij zagen dat de auto de Galgenvenstraat in Tegelen insloeg. Wij zagen dat de auto vaart minderde en tegen een hekwerk tot stilstand kwam.(...)"