ECLI:NL:HR:2014:1008

Hoge Raad

Datum uitspraak
25 april 2014
Publicatiedatum
24 april 2014
Zaaknummer
14/00671
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Insolventierecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over tussentijdse beëindiging van schuldsaneringsregeling wegens psychische problematiek

In deze zaak gaat het om een cassatieverzoek van verzoekers [verzoeker 1] en [verzoekster 2] tegen een arrest van het gerechtshof Amsterdam. Het hof had eerder een beslissing genomen in een insolventiezaak, waarin de verzoekers betrokken waren. De Hoge Raad verwijst naar de eerdere vonnissen van de rechtbank Amsterdam en het gerechtshof, waarbij de rechtbank op 20 november 2013 en het hof op 28 januari 2014 uitspraak deden. De verzoekers hebben beroep in cassatie ingesteld tegen het arrest van het hof, waarin zij de tussentijdse beëindiging van hun schuldsaneringsregeling aanvechten. De Advocaat-Generaal L. Timmerman heeft in zijn conclusie geadviseerd om het cassatieverzoek te verwerpen. De Hoge Raad heeft de klachten van de verzoekers beoordeeld, maar oordeelt dat deze niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad stelt vast dat de aangevoerde klachten geen nadere motivering behoeven, omdat zij niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. Uiteindelijk verwerpt de Hoge Raad het beroep van de verzoekers, waarmee de beslissing van het hof in stand blijft.

Uitspraak

25 april 2014
Eerste Kamer
nr. 14/00671
LZ/AS
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
1. [verzoeker 1],
2. [verzoekster 2],
beiden wonende te [woonplaats],
VERZOEKERS tot cassatie,
advocaat: mr. P.J.Ph. Dietz de Loos.
Verzoekers zullen hierna ook worden aangeduid als [verzoeker] c.s.

1.Het geding in feitelijke instanties

Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgende stukken:
a. het vonnis in de zaak met het insolventienummer C/13/12/411-R en C/13/12/412-R van de rechtbank Amsterdam van 20 november 2013;
b. het arrest in de zaak 200.137.912/01 van het gerechtshof Amsterdam van 28 januari 2014.
Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.

2.Het geding in cassatie

Tegen het arrest van het hof hebben [verzoeker] c.s. beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De conclusie van de Advocaat-Generaal L. Timmerman strekt tot verwerping van het verzoek.

3.Beoordeling van de middelen

De in de middelen aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81 lid 1 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

4.Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren C.A. Streefkerk, als voorzitter, G. Snijders en M.V. Polak, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer G. de Groot op
25 april 2014.