ECLI:NL:HR:2013:BZ6331

Hoge Raad

Datum uitspraak
5 april 2013
Publicatiedatum
22 juni 2013
Zaaknummer
12/00261
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over ontbinding van overeenkomst op grond van onvoorziene omstandigheden

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 5 april 2013 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die was ingesteld door Woonstichting Leyakkers tegen een eerdere uitspraak van het gerechtshof te 's-Hertogenbosch. De zaak betreft een vordering tot ontbinding van een overeenkomst op basis van onvoorziene omstandigheden, zoals geregeld in artikel 6:258 van het Burgerlijk Wetboek. Leyakkers had in eerste instantie een vordering ingesteld bij de rechtbank Breda, die op 22 april 2009 en 12 augustus 2009 vonnissen heeft gewezen. Het hof heeft in zijn arresten van 26 januari 2010 en 15 november 2011 de eerdere beslissingen van de rechtbank bevestigd, waarna Leyakkers in cassatie is gegaan.

De Hoge Raad heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat de klachten die Leyakkers in het cassatiemiddel naar voren heeft gebracht, niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad oordeelde dat de aangevoerde klachten geen nadere motivering behoeven, omdat zij niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. Dit betekent dat de Hoge Raad de eerdere uitspraken van het hof heeft bevestigd en het beroep van Leyakkers heeft verworpen.

Daarnaast heeft de Hoge Raad Leyakkers veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op € 365,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris aan de zijde van de verweerder. De uitspraak van de Hoge Raad is openbaar uitgesproken door raadsheer M.A. Loth, die de uitspraak heeft gedaan in aanwezigheid van de andere raadsheren.

Uitspraak

5 april 2013
Eerste Kamer
12/00261
RM/LZ
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
WOONSTICHTING LEYSTROMEN (voorheen geheten WOONSTICHTING LEYAKKERS),
gevestigd te Rijen,
EISERES tot cassatie,
advocaat: mr. J.P. Heering,
t e g e n
[Verweerder],
wonende te [woonplaats],
VERWEERDER in cassatie,
advocaat: mr. R.K. van der Brugge.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als Leyakkers en [verweerder].
1. Het geding in feitelijke instanties
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgende stukken:
a. het vonnis in de zaak 195896/HA ZA 08-1820 van de rechtbank Breda van 22 april 2009 en 12 augustus 2009;
b. de arresten in de zaak HD 200.044.672 van het gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 26 januari 2010 en 15 november 2011.
Het arrest van het hof van 15 november 2011 is aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen laatstgenoemd arrest van het hof heeft Leyakkers beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
[Verweerder] heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten en voor Leyakkers mede door mr. L. van den Eshof, advocaat bij de Hoge Raad.
De conclusie van de Advocaat-Generaal M.H. Wissink strekt tot verwerping van het beroep.
De advocaat van Leyakkers heeft bij brief van 1 februari 2013 op die conclusie gereageerd.
3. Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81 lid 1 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt Leyakkers in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van [verweerder] begroot op € 365,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren C.A. Streefkerk, als voorzitter, A.H.T. Heisterkamp en G. De Groot, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer M.A. Loth op 5 april 2013.