ECLI:NL:HR:2013:BZ5410

Hoge Raad

Datum uitspraak
26 maart 2013
Publicatiedatum
8 april 2013
Zaaknummer
12/04771 B
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatieberoep tegen ongegrondverklaring beklag art. 12 Sv

In deze zaak gaat het om een cassatieberoep dat is ingesteld door een klager tegen een beschikking van het Gerechtshof te Amsterdam. De beschikking, gedateerd 29 maart 2012, verklaarde het beklag van de klager ongegrond, zoals bedoeld in artikel 12i van het Wetboek van Strafvordering (Sv). De klager, geboren in 1947, heeft zijn beroep ingesteld via zijn advocaat, mr. H.J. Bettink uit Haarlem. De Advocaat-Generaal Vellinga heeft geconcludeerd dat de klager niet-ontvankelijk moet worden verklaard in zijn beroep.

De Hoge Raad heeft op 26 maart 2013 de zaak behandeld en zich gericht op de ontvankelijkheid van het cassatieberoep. Volgens artikel 445 Sv staat beroep in cassatie tegen beschikkingen alleen open in de gevallen die in het wetboek zijn bepaald. Aangezien er geen specifieke bepaling is die het mogelijk maakt om in cassatie te gaan tegen een beschikking als bedoeld in artikel 12i Sv, kan de klager niet in zijn beroep worden ontvangen.

De Hoge Raad heeft uiteindelijk beslist dat de klager niet-ontvankelijk is in zijn beroep. Deze beschikking is gegeven door de raadsheer J. de Hullu als voorzitter, samen met de raadsheren J. Wortel en N. Jörg, en in bijzijn van de waarnemend E. Schnetz. De uitspraak vond plaats tijdens een openbare terechtzitting.

Uitspraak

26 maart 2013
Strafkamer
nr. S 12/04771 B
Hoge Raad der Nederlanden
Beschikking
op het beroep in cassatie tegen een beschikking van het Gerechtshof te Amsterdam van 29 maart 2012, nummer K 11/0283, op een klaagschrift als bedoeld in art. 12 Sv, ingediend door:
[Klager], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1947.
1. Geding in cassatie
Het beroep is ingesteld door de klager. Namens deze heeft mr. H.J. Bettink, advocaat te Haarlem, bij schriftuur een middel van cassatie voorgesteld.
De Advocaat-Generaal Vellinga heeft geconcludeerd dat de klager niet-ontvankelijk zal worden verklaard in het beroep.
2. Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep
2.1. Het cassatieberoep is gericht tegen een beschikking van een gerechtshof inhoudende de ongegrondverklaring van het beklag als bedoeld in art. 12i Sv.
2.2. Volgens art. 445 Sv staat tegen beschikkingen beroep in cassatie alleen open in de gevallen in dat wetboek bepaald. Nu in dat wetboek geen bepaling voorkomt volgens welke beroep in cassatie openstaat tegen een beschikking als bedoeld in art. 12i Sv kan de verdachte in het ingestelde beroep niet worden ontvangen.
3. Beslissing
De Hoge Raad verklaart de klager niet-ontvankelijk in het beroep.
Deze beschikking is gegeven door de raadsheer J. de Hullu als voorzitter, en de raadsheren J. Wortel en N. Jörg, in bijzijn van de waarnemend E. Schnetz, in raadkamer en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 26 maart 2013.