ECLI:NL:HR:2013:BY8600
Hoge Raad
- Cassatie
- Hoge Raad der Nederlanden
- Rechtspraak.nl
Cassatieberoep tegen uitspraak Centrale Raad van Beroep inzake besluiten Wet werk en bijstand
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 18 januari 2013 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure. Het beroep in cassatie was ingesteld door X, woonachtig te Z, tegen een eerdere uitspraak van de Centrale Raad van Beroep, gedateerd 5 oktober 2011. Deze uitspraak betrof de hoger beroepen van belanghebbende tegen beslissingen van de Rechtbank te Zwolle-Lelystad, die op haar beurt had geoordeeld over besluiten van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Lelystad. Deze besluiten waren genomen op basis van de Wet werk en bijstand, die gericht is op het verstrekken van bijstandsverlening aan inwoners die in financiële nood verkeren.
De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie afgedaan met toepassing van artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie (RO). Dit artikel biedt de Hoge Raad de mogelijkheid om een cassatieberoep af te wijzen zonder inhoudelijke behandeling, indien het beroep kennelijk ongegrond is. De uitspraak van de Centrale Raad van Beroep werd in deze procedure als uitgangspunt genomen, waarbij de Hoge Raad de eerder genomen beslissingen van de lagere rechters heeft getoetst aan de geldende wet- en regelgeving.
De zaak is van belang voor de rechtspraktijk, omdat het inzicht biedt in de toepassing van de Wet werk en bijstand en de rol van de Hoge Raad in het cassatieproces. De uitspraak benadrukt de mogelijkheden voor belanghebbenden om in beroep te gaan tegen besluiten van lagere overheden en de voorwaarden waaronder de Hoge Raad kan ingrijpen in dergelijke zaken.