Deze bewezenverklaring steunt op de volgende bewijsmiddelen:
"1. Het in de wettelijke vorm door verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 2], ambtenaren van de Algemene Inspectiedienst, tevens buitengewoon opsporingsambtenaren, opgemaakt proces-verbaal, genummerd 46436 gedateerd 27 augustus 2008, voor zover inhoudende als relaas en/of bevindingen van voornoemde verbalisanten, zakelijk weergegeven:
Op 30 oktober 2007 en 19 november 2007 bevonden wij ons bij de woning op het bedrijf van [verdachte] aan de [a-straat 1] te Haaften. Aldaar troffen wij een persoon aan die zich aan ons voorstelde als [verdachte].
Tijdens de controle op de gebruiksnormen 2006 zagen wij dat er in 2006 een overschrijding had plaatsgevonden van de pluimveerechten. Wij zagen op de veesaldokaart van het jaar 2006 dat er gemiddeld 41.336 vleeskuikens gehouden waren, wat overeenkomt met 19.841 pluimveeeenheden (PE). Wij zagen in de gegevens, verstrekt door de Dienst Regelingen, dat het bedrijf voor de jaren 2006 en 2007 over geen enkel pluimveerecht beschikte.
Op 15 mei 2008 heeft er een vervolgbezoek plaatsgevonden bij [verdachte]. Wij hebben de veesaldokaart 2007 ingezien. In het jaar 2007 zijn 40.282 vleeskuikens gehouden. Aan de hand van het gemiddeld aantal gehouden dieren heb ik berekend dat deze hoeveelheden een overschrijding betekent van het aantal geregistreerde pluimveerechten. Het pluimveerecht is in 2007 met 19.335 PE overschreden.
Verdachte [verdachte] beschikte niet over pluimveerechten dat recht gaf op het houden van vleeskuikens.
Volgens de door Dienst Regelingen ter beschikking gestelde gegevens is gebleken dat het onderstaande bedrijf is gerelateerd aan verdachte [verdachte]:
Naam: [verdachte]
BRS-nummer: [001]
Locatie bedrijf: [a-straat 1] Haaften, gemeente Neerijnen.
Verdachte [verdachte] verklaarde op 5 december 2007 zakelijk weergegeven het navolgende:
'Dat in 2001 de pluimveerechten in het leven zijn geroepen gebaseerd op de jaren 1995, 1996 en 1997 is mij ontgaan. Dienst Regelingen heeft over deze jaren geen informatie gehad. Wel heb ik vleeskuikens gehouden.'
2. De verklaring van verdachte, afgelegd ter terechtzitting van de meervoudige economische kamer van de rechtbank Arnhem van 27 januari 2011, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Zoals het in de tenlastelegging staat, klopt het. De omzetting van mestproductierechten naar pluimveerechten is niet gebeurd. Het is misgegaan vanaf ongeveer 1991. Alle brieven van de overheid legde ik ongeopend in de kast. In 2001 kwam er een nieuw stelsel, waarvoor ik opnieuw alle gegevens moest invullen. Dat is niet gebeurd."