ECLI:NL:HR:2013:2027
Hoge Raad
- Cassatie
- W.A.M. van Schendel
- B.C. de Savornin Lohman
- J. de Hullu
- W.F. Groos
- Y. Buruma
- Rechtspraak.nl
Cassatie over schennis van de eerbaarheid en heimelijk filmen in kleedhokje
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 17 december 2013 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het Gerechtshof te Arnhem. De verdachte was eerder vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten, waaronder 'feitelijke aanranding van de eerbaarheid' en 'schennis van de eerbaarheid', zoals omschreven in de artikelen 246 en 239 van het Wetboek van Strafrecht. De Hoge Raad heeft de vraag behandeld of het heimelijk filmen of fotograferen van een ontklede vrouw in een kleedhokje kan worden gekwalificeerd als schennis van de eerbaarheid. Het Hof had geoordeeld dat het houden van een camera onder de scheidingswand van een kleedhokje niet als een opzettelijk oneerlijke handeling kan worden aangemerkt, en dat dit niet onder de reikwijdte van artikel 239 Sr valt. De Hoge Raad bevestigde dit oordeel en stelde dat artikel 239 Sr zich richt op ongevraagde en ongewenste seksueel getinte confrontaties met het menselijk lichaam. De Hoge Raad oordeelde dat de eerdere vrijspraak van de verdachte door het Hof terecht was, en dat er geen leemte in de strafrechtelijke aansprakelijkheid bestond, aangezien artikel 139f Sr ook van toepassing was op de situatie. De conclusie van de Advocaat-Generaal, die pleitte voor vernietiging van het arrest van het Hof, werd verworpen. De Hoge Raad verwerpt het beroep en bevestigt de uitspraak van het Hof.