ECLI:NL:HR:2012:BY1095
Hoge Raad
- Cassatie
- Hoge Raad
- Rechtspraak.nl
Cassatieberoep tegen uitspraak Gerechtshof inzake voorlopige aanslag inkomstenbelasting
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 26 oktober 2012 uitspraak gedaan in het cassatieberoep van X te Z. Het beroep was gericht tegen een uitspraak van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch, die op 28 oktober 2011 was gedaan in de zaak met nummer 11/00044. De kwestie betrof een nadere voorlopige aanslag in de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen. De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie afgedaan met toepassing van artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie (RO). Dit artikel stelt de Hoge Raad in staat om zonder inhoudelijke behandeling van de zaak uitspraak te doen, indien het beroep niet tot cassatie kan leiden. De uitspraak van het Gerechtshof werd in deze context beoordeeld, waarbij de Hoge Raad zich beperkte tot de juridische aspecten van de zaak en de eerder genomen beslissingen van de lagere rechters. De Hoge Raad heeft de uitspraak van het Gerechtshof bevestigd, wat betekent dat de nadere voorlopige aanslag in stand blijft. Deze uitspraak is van belang voor de rechtspraktijk, omdat het de toepassing van de wetgeving rondom voorlopige aanslagen in de inkomstenbelasting verduidelijkt.