Hoge Raad
Op 21 september 2012 heeft de Hoge Raad der Nederlanden uitspraak gedaan in de zaken met de nummers 12/03141 en 12/03142. In deze uitspraak werd het beroep in cassatie van X te Z niet-ontvankelijk verklaard. Dit beroep was gericht tegen de uitspraken van de Centrale Raad van Beroep van 1 mei 2012, waarin de nummers 11/1095 WWB en 11/1085 WWB zijn vermeld. Deze uitspraken betroffen hoger beroepen van belanghebbende tegen eerdere uitspraken van de Rechtbank te Alkmaar, met de nummers 10/2046 en 10/1856. De zaken waren gerelateerd aan de Wet werk en bijstand, die als doel heeft om bijstandsverlening te reguleren en te waarborgen dat mensen die tijdelijk in financiële nood verkeren, de nodige ondersteuning ontvangen. De Hoge Raad heeft in deze uitspraak de procedurele aspecten van de cassatie beoordeeld en geconcludeerd dat het beroep niet-ontvankelijk was, wat betekent dat de Hoge Raad niet verder ingaat op de inhoudelijke bezwaren van de appellant. Deze beslissing heeft belangrijke implicaties voor de betrokken partijen en de toepassing van de Wet werk en bijstand in vergelijkbare zaken.