Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 10 augustus 2012 uitspraak gedaan in het cassatieberoep van X, wonende te Z, tegen de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep van 23 december 2011, met nummer 11/832 ANW. Dit hoger beroep was gericht tegen een eerdere uitspraak van de Rechtbank te Amsterdam, die het nummer AWB 10/1764 ANW droeg. De zaak betreft een besluit van de Sociale Verzekeringsbank (SVB) dat was genomen op basis van de Algemene nabestaandenwet (ANW). De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie afgedaan met toepassing van artikel 81 van de Wet op de Rechterlijke Organisatie (RO). Dit betekent dat de Hoge Raad de zaak zonder inhoudelijke behandeling heeft afgedaan, wat gebruikelijk is in gevallen waarin de rechtsvraag niet voor verdere behandeling in aanmerking komt. De uitspraak van de Centrale Raad van Beroep blijft daarmee in stand, en de eerdere beslissingen van de rechtbank en de SVB worden bevestigd. De zaak heeft belangrijke implicaties voor de toepassing van de ANW en de rol van de SVB in het toekennen van uitkeringen op basis van deze wet.