ECLI:NL:HR:2012:BW9245
Hoge Raad
- Cassatie
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- M.A. Loth
- G. Snijders
- J.C. van Oven
- Rechtspraak.nl
Onrechtmatige daad en aansprakelijkheid van hoogheemraadschap bij overstroming
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 21 september 2012 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure waarbij de eiseres, als rechtsopvolgster van een vennootschap onder firma, het Hoogheemraadschap van Delfland aansprakelijk stelde voor schade die was ontstaan door een overstroming van haar bedrijf. De eiseres betoogde dat de overstroming het gevolg was van een verstopping van een duiker, en dat het Hoogheemraadschap hierin tekort was geschoten. De Hoge Raad verwijst naar eerdere uitspraken van de rechtbank en het gerechtshof, waar de eiseres in eerdere instanties al in het ongelijk was gesteld. De Hoge Raad oordeelde dat de klachten van de eiseres niet tot cassatie konden leiden, omdat deze niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft het beroep van de eiseres verworpen en haar in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld, waarbij de kosten aan de zijde van het Hoogheemraadschap zijn begroot op € 781,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. De uitspraak is openbaar uitgesproken door raadsheer J.C. van Oven.