ECLI:NL:HR:2012:BW6803
Hoge Raad
- Herziening
- A.J.A. van Dorst
- B.C. de Savornin Lohman
- J. de Hullu
- Rechtspraak.nl
Herziening van een vonnis wegens persoonsverwisseling
Op 29 mei 2012 heeft de Hoge Raad der Nederlanden uitspraak gedaan in een zaak betreffende de herziening van een vonnis van de Politierechter in de Rechtbank te Breda. De aanvrager, geboren in 1984 en wonende te [woonplaats], had een verzoek tot herziening ingediend naar aanleiding van een eerder vonnis van 23 oktober 2009, waarin hij was veroordeeld tot een werkstraf van twintig uren, subsidiair tien dagen hechtenis, wegens diefstal. De aanvrage tot herziening was gebaseerd op de stelling dat er sprake was van een persoonsverwisseling, zoals bedoeld in artikel 457, eerste lid aanhef en onder 2° van het Wetboek van Strafvordering (Sv). De Advocaat-Generaal Knigge had geconcludeerd dat de Hoge Raad de aanvrage gegrond zou verklaren en de zaak zou verwijzen naar een gerechtshof voor herbehandeling.
De Hoge Raad heeft de aanvrage tot herziening gegrond verklaard en de tenuitvoerlegging van het vonnis van de Politierechter opgeschort. De zaak is vervolgens verwezen naar het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch, waar deze opnieuw behandeld zal worden op de wijze zoals voorzien in artikel 467, eerste lid, Sv. De uitspraak van de Hoge Raad is gedaan door vice-president A.J.A. van Dorst, samen met de raadsheren B.C. de Savornin Lohman en J. de Hullu, en is openbaar gemaakt op 29 mei 2012.