ECLI:NL:HR:2011:BU5668

Hoge Raad

Datum uitspraak
25 november 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
10/03624 en 10/05582
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Belastingrecht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Herstelarrest van de Hoge Raad inzake vernietiging van uitspraken van het Gerechtshof te Amsterdam

Op 25 november 2011 heeft de Hoge Raad een herstelarrest gewezen in de zaken met nummers 10/03624 en 10/05582. Dit arrest is een verbetering van een eerder arrest dat op 12 augustus 2011 was uitgesproken. In het eerdere arrest was een fout in het dictum geslopen, waarbij niet correct was weergegeven dat de uitspraken van het Gerechtshof te Amsterdam uitsluitend vernietigd dienden te worden voor de verhogingen en boeten voor de jaren 1991 tot en met 2000. De Hoge Raad heeft vastgesteld dat deze fout eenvoudig te herstellen was en heeft partijen in de gelegenheid gesteld om hun mening over het herstel te geven. Belanghebbende heeft hierop gereageerd. De Hoge Raad heeft besloten de fout te verbeteren, waarbij het dictum nu correct weergeeft dat de vernietiging enkel betrekking heeft op de verhogingen en boeten. Dit herstel is op de minuut van het arrest vastgelegd en openbaar uitgesproken.

Uitspraak

Nrs. 10/03624 en 10/05582
25 november 2011
Arrest
gewezen ter verbetering van het arrest van de Hoge Raad, gewezen op de beroepen in cassatie van X te Z (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraken van het Gerechtshof te Amsterdam van 1 juli 2010, nr. P10/00292, en van 25 november 2010, nr. 10/00827.
1. Het arrest in het geding
1.1. De Hoge Raad heeft in deze zaken op 12 augustus 2011, met nummers 10/03624 en 10/05582, een arrest uitgesproken. De Hoge Raad heeft nadien ambtshalve bevonden dat het dictum van dat arrest een fout bevat die zich voor eenvoudig herstel leent.
1.2. Uit de rechtsoverwegingen in het arrest volgt dat de uitspraken van het Hof alleen vernietigd dienen te worden voor zover die uitspraken de verhogingen en de boeten betreffen. Dit is abusievelijk niet juist in het dictum van het arrest tot uitdrukking gebracht.
1.3. Herstel van deze fout brengt mee dat in het dictum de passage "vernietigt de uitspraken van het Hof behoudens de beslissing omtrent de proceskosten," wordt vervangen door:
"vernietigt de uitspraken van het Hof uitsluitend wat betreft de verhogingen voor de jaren 1991 tot en met 1998 en de opgelegde boeten voor de jaren 1999 en 2000,".
1.4. Bij brief aan partijen van 29 september 2011 heeft de Hoge Raad melding gemaakt van de fout en partijen in de gelegenheid gesteld zich over het herstel daarvan uit te laten. Belanghebbende heeft van die gelegenheid gebruik gemaakt.
1.5. Aangezien de fout gelet op het hiervoor in 1.2 overwogene redelijkerwijs kenbaar voor partijen was, zal de Hoge Raad de onder 1.3 vermelde verbetering doorvoeren.
2. Beslissing
De Hoge Raad verbetert bovenvermelde fout in het op 12 augustus 2011 in deze zaken uitgesproken arrest en stelt de verbetering op de minuut van dit arrest.
Dit arrest is gewezen door de vice-president J.W. van den Berge als voorzitter, en de raadsheren J.W.M. Tijnagel en A.H.T. Heisterkamp, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier A.I. Boussak-Leeksma, en in het openbaar uitgesproken op
25 november 2011.