ECLI:NL:HR:2011:BT8744
Hoge Raad
- Cassatie
- J.W. van den Berge
- J.W.M. Tijnagel
- A.H.T. Heisterkamp
- Rechtspraak.nl
Cassatie over navorderingsaanslagen en identificatie als rekeninghouder bij KB-Lux
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 21 oktober 2011 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure betreffende navorderingsaanslagen in de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (IB/PVV) die aan belanghebbende zijn opgelegd over de jaren 1990 tot en met 2000. De navorderingsaanslagen waren opgelegd met een verhoging van honderd procent, zonder dat de Inspecteur kwijtschelding verleende. Daarnaast waren er boeten en heffingsrente in rekening gebracht. De Inspecteur had de navorderingsaanslagen en de bijbehorende beschikkingen na bezwaar gehandhaafd, maar het Gerechtshof te Amsterdam had deze uitspraken vernietigd en de navorderingsaanslagen, boeten en heffingsrente verminderd, waarbij gedeeltelijke kwijtschelding van de verhogingen werd verleend.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van het Hof beroep in cassatie ingesteld. De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend, en ook de Minister van Financiën heeft beroep in cassatie ingesteld. De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie gegrond verklaard, de uitspraak van het Hof vernietigd, en de zaak verwezen naar het Gerechtshof te 's-Gravenhage voor verdere behandeling. De Hoge Raad heeft geoordeeld dat het Hof onvoldoende gemotiveerd heeft dat belanghebbende als rekeninghouder bij de Kredietbank Luxembourg (KB-Lux) kan worden geïdentificeerd. Dit oordeel was gebaseerd op een proces-verbaal van ambtshandeling, maar de Hoge Raad vond dat het Hof nadere motivering had moeten geven voor zijn conclusies.
De Hoge Raad heeft ook bepaald dat de Staatssecretaris van Financiën de kosten van het geding in cassatie moet vergoeden, en heeft het griffierecht dat belanghebbende heeft betaald vastgesteld op € 111. De kosten van rechtsbijstand zijn vastgesteld op € 1238,17. Dit arrest is van belang voor de rechtsontwikkeling met betrekking tot de identificatie van rekeninghouders en de beoordeling van boeten in belastingzaken.