ECLI:NL:HR:2011:BT7504
Hoge Raad
- Cassatie
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen dwangbevelen tot invordering verbeurde dwangsommen
In deze zaak gaat het om een cassatieprocedure die is ingesteld door [Eiser 1] en [Eiser 2] tegen de Gemeente Rotterdam, deelgemeente Overschie. De Hoge Raad heeft op 9 december 2011 uitspraak gedaan in deze zaak, die betrekking heeft op verzet tegen dwangbevelen tot invordering van verbeurde dwangsommen. De zaak is eerder behandeld in de rechtbank Rotterdam en het gerechtshof te 's-Gravenhage, waar de vonnissen en het arrest zijn gewezen. De Hoge Raad verwijst naar deze eerdere uitspraken en stelt vast dat de klachten die in de cassatie zijn aangevoerd, niet tot cassatie kunnen leiden. Dit is in overeenstemming met artikel 81 van de Wet op de Rechterlijke Organisatie (RO), dat bepaalt dat geen nadere motivering nodig is wanneer de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
De advocaat van de eisers, mr. P. Garretsen, heeft op 21 oktober 2011 schriftelijk gereageerd op de conclusie van de Advocaat-Generaal L.A.D. Keus, die tot verwerping van het beroep strekte. De Hoge Raad heeft het beroep van de eisers verworpen en hen veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op € 771,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. De uitspraak van de Hoge Raad is openbaar uitgesproken en de betrokken partijen zijn aangeduid als [eiser] c.s. en de Gemeente.