ECLI:NL:HR:2011:BT2721

Hoge Raad

Datum uitspraak
2 december 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
10/02440
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over de totstandkoming van een huurovereenkomst voor bedrijfsruimte

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 2 december 2011 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tussen Goinvest B.V. en de verweerders Boompjes Vastgoed Rotterdam B.V. en Fortress Participations B.V. De zaak betreft de totstandkoming van een huurovereenkomst voor bedrijfsruimte. Goinvest, de eiseres tot cassatie, had eerder in de feitelijke instanties beroep ingesteld tegen twee arresten van het gerechtshof te 's-Gravenhage. Deze arresten waren gewezen op 10 februari 2009 en 9 maart 2010, en betroffen een geschil over de huurovereenkomst. De Hoge Raad verwijst naar de eerdere vonnissen en arresten die aan deze zaak ten grondslag liggen, waaronder een vonnis van de kantonrechter te Rotterdam van 30 augustus 2007. In de cassatieprocedure hebben de verweerders geconcludeerd tot verwerping van het beroep van Goinvest. De Advocaat-Generaal M.H. Wissink heeft in zijn conclusie ook geadviseerd om het cassatieberoep te verwerpen. De Hoge Raad heeft uiteindelijk het beroep verworpen en Goinvest veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op € 385,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. De Hoge Raad oordeelde dat de klachten van Goinvest niet tot cassatie konden leiden, en dat nadere motivering niet nodig was, gezien artikel 81 RO.

Uitspraak

2 december 2011
Eerste Kamer
10/02440
RM/LZ
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
GOINVEST B.V.,
gevestigd te Rotterdam,
EISERES tot cassatie,
advocaat: mr. K.G.W. van Oven,
t e g e n
1. BOOMPJES VASTGOED ROTTERDAM B.V.,
gevestigd te Rotterdam,
2. FORTRESS PARTICIPATIONS B.V.,
gevestigd te Rotterdam,
VERWEERSTERS in cassatie,
advocaat: mr. B.T.M. van der Wiel.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als Goinvest en Boompjes respectievelijk Fortress.
1. Het geding in feitelijke instanties
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgende stukken:
a. het vonnis in de zaak 754157/06-CV EXPL 06-30402 van de kantonrechter te Rotterdam van 30 augustus 2007;
b. de arresten in de zaak 105.007.385/01 van het gerechtshof te 's-Gravenhage van 10 februari 2009 en 9 maart 2010.
De arresten van het hof zijn aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen beide arresten van het hof heeft Goinvest beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
Boompjes en Fortress hebben geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten en voor Boompjes en Fortress mede door mr. P.A. Fruytier, advocaat bij de Hoge Raad.
De conclusie van de Advocaat-Generaal M.H. Wissink strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
De advocaat van Goinvest heeft bij brief van 6 oktober 2011 op die conclusie gereageerd.
3. Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt Goinvest in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van Boompjes en Fortress begroot op € 385,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, W.A.M. van Schendel en G. Snijders, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer J.C. van Oven op 2 december 2011.