ECLI:NL:HR:2011:BQ0427
Hoge Raad
- Cassatie
- J.W. van den Berge
- M.W.C. Feteris
- R.J. Koopman
- Rechtspraak.nl
Cassatie over tijdigheid van verzetschrift in belastingzaak
In deze zaak heeft X B.V. beroep in cassatie ingesteld tegen de uitspraak van de Rechtbank te Breda van 2 april 2010, waarin het verzet van belanghebbende tegen een naheffingsaanslag in de loonbelasting niet-ontvankelijk werd verklaard. De Rechtbank had eerder, op 30 mei 2008, het beroep van belanghebbende niet-ontvankelijk verklaard wegens het niet tijdig indienen van de gronden. Belanghebbende heeft verzet aangetekend, maar de Rechtbank oordeelde dat dit verzet te laat was ingediend. De Hoge Raad heeft in cassatie geoordeeld dat het oordeel van de Rechtbank onbegrijpelijk was. De Hoge Raad heeft vastgesteld dat belanghebbende op 9 juli 2008 verzet heeft gedaan, en dat deze brief niet tijdig door de Rechtbank was geregistreerd. Hierdoor kon de uitspraak van de Rechtbank niet in stand blijven. De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie gegrond verklaard, de uitspraak van de Rechtbank vernietigd en het geding terugverwezen naar de Rechtbank te Breda voor verdere behandeling. Tevens is de Staat veroordeeld tot vergoeding van griffierecht en proceskosten aan belanghebbende.