ECLI:NL:HR:2011:BP9843
Hoge Raad
- Cassatie
- A. Hammerstein
- F.B. Bakels
- W.D.H. Asser
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Beëindiging van toepassing van schuldsaneringsregeling in het kader van de WSNP
In deze zaak, die voor de Hoge Raad is gebracht, gaat het om de beëindiging van de toepassing van de schuldsaneringsregeling op basis van de Wet schuldsanering natuurlijke personen (WSNP). De verzoekers, beiden wonende te [verzoeker], hebben cassatie ingesteld tegen een arrest van het gerechtshof te 's-Hertogenbosch. Dit arrest volgde op eerdere vonnissen van de rechtbank 's-Hertogenbosch en betreft de vraag of er sprake is van bovenmatige schulden in de zin van artikel 350 lid 3 onder d van de Faillissementswet. De Hoge Raad verwijst naar de eerdere vonnissen en het arrest van het hof, dat aan het arrest van de Hoge Raad is gehecht.
De Hoge Raad heeft de conclusie van de Advocaat-Generaal L. Timmerman in overweging genomen, die tot verwerping van het cassatieberoep strekte. In de beoordeling van het middel heeft de Hoge Raad vastgesteld dat de klachten die in het cassatierekest zijn aangevoerd, niet tot cassatie kunnen leiden. Dit is in overeenstemming met artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie, dat bepaalt dat geen nadere motivering vereist is wanneer de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
Uiteindelijk heeft de Hoge Raad op 1 april 2011 het beroep verworpen. Dit arrest is openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann, waarbij de andere raadsheren A. Hammerstein, F.B. Bakels en W.D.H. Asser betrokken waren als leden van de Eerste Kamer.