ECLI:NL:HR:2011:BP8789

Hoge Raad

Datum uitspraak
20 mei 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
10/05437
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Insolventierecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verwerping van cassatieberoep inzake insolventierecht

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 20 mei 2011 uitspraak gedaan in het cassatieberoep van verzoekers, die betrokken waren bij een insolventieprocedure. De verzoekers, aangeduid als [verzoeker] c.s., hadden beroep in cassatie ingesteld tegen een arrest van het gerechtshof 's-Gravenhage. Dit arrest volgde op eerdere vonnissen van de rechtbank 's-Gravenhage, waarbij de verzoekers betrokken waren in verschillende insolventiezaken. De Hoge Raad verwijst naar de relevante stukken uit de feitelijke instanties, waaronder vonnissen van de rechtbank en een arrest van het hof. De Advocaat-Generaal J. Wuisman had geconcludeerd tot verwerping van het cassatieberoep, wat de Hoge Raad heeft overgenomen. De Hoge Raad oordeelde dat de in de middelen aangevoerde klachten niet tot cassatie konden leiden. Dit oordeel werd gemotiveerd door te stellen dat de klachten geen nadere motivering behoefden, aangezien zij niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De beslissing van de Hoge Raad was dus om het beroep te verwerpen, en dit arrest is openbaar uitgesproken door raadsheer E.J. Numann.

Uitspraak

20 mei 2011
Eerste Kamer
10/05437
RM/AS
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
1. [Verzoeker 1],
2. [Verzoekster 2],
beiden wonende te [woonplaats],
VERZOEKERS tot cassatie,
advocaat: mr. M.S.M. Dietz de Loos-Schrijver.
Verzoekers zullen hierna ook worden aangeduid als [verzoeker] c.s.
1. Het geding in feitelijke instanties
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgende stukken:
a. het vonnis in de zaak 357661/FT RK 10.190 en 357661/FT RK 10.190 van de rechtbank 's-Gravenhage van 10 juni 2010;
b. het vonnis in de zaak 357659/FT RK 10.189 en 357662/FT RK 10.191 van de rechtbank 's-Gravenhage van 21 september 2010;
c. het arrest in de zaak 200.074.372/01 van het gerechtshof 's-Gravenhage van 7 december 2010.
Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen het arrest van het hof hebben [verzoeker] c.s. beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De conclusie van de Advocaat-Generaal J. Wuisman strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
3. Beoordeling van de middelen
De in de middelen aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, W.A.M. van Schendel en C.A. Streefkerk, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann op 20 mei 2011.