ECLI:NL:HR:2011:BP4028

Hoge Raad

Datum uitspraak
1 april 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
10/05563
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontvankelijkheid in hoger beroep tegen afwijzing schuldsaneringsregeling

In deze zaak gaat het om de ontvankelijkheid van de verzoekers tot cassatie in hun hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank 's-Gravenhage, waarin hun verzoek tot het uitspreken van de toepassing van de schuldsaneringsregeling was afgewezen. De Hoge Raad heeft op 1 april 2011 uitspraak gedaan in deze cassatieprocedure, onder zaaknummer 10/05563. De verzoekers, aangeduid als [verzoeker] c.s., hebben beroep in cassatie ingesteld tegen het arrest van het gerechtshof te 's-Gravenhage, dat op 16 december 2010 was gewezen. De Hoge Raad verwijst naar de eerdere uitspraken van de rechtbank en het hof, die aan deze procedure ten grondslag liggen. De conclusie van de Advocaat-Generaal L. Timmerman was om het cassatieberoep te verwerpen. De Hoge Raad heeft de aangevoerde klachten in de middelen beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet tot cassatie kunnen leiden. Dit is in overeenstemming met artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie, dat stelt dat geen nadere motivering vereist is wanneer de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft derhalve het beroep verworpen, en dit arrest is openbaar uitgesproken door de voorzitter E.J. Numann.

Uitspraak

1 april 2011
Eerste Kamer
10/05563
DV/AS
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
1. [Verzoeker 1],
2. [Verzoekster 2],
beiden wonende te [woonplaats],
VERZOEKERS tot cassatie,
advocaat: mr. R.W. van den Hoek.
Verzoekers tot cassatie zullen hierna ook worden aangeduid als [verzoeker] c.s.
1. Het geding in feitelijke instanties
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgende stukken:
a. het vonnis in de zaak 365290/FT-RK 10.1025 en 10.1026 van de rechtbank 's-Gravenhage van 8 oktober 2010,
b. het arrest in de zaak 200.075.422/01 van het gerechtshof te 's-Gravenhage van 16 december 2010.
Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen het arrest van het hof hebben [verzoeker] c.s. beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De conclusie van de Advocaat-Generaal L. Timmerman strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
3. Beoordeling van de middelen
De in de middelen aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren E.J. Numann, als voorzitter, J.C. van Oven en C.A. Streefkerk, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann op 1 april 2011.