ECLI:NL:HR:2011:BL7596
Hoge Raad
- Cassatie
- F.B. Bakels
- W.D.H. Asser
- C.E. Drion
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Cassatie over non-conformiteit en onderzoeksplicht koper bij bodemverontreiniging
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 8 juli 2011 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die voortvloeide uit een geschil over non-conformiteit in verband met bodemverontreiniging. Eiser 1 en eiseres 2, vertegenwoordigd door hun advocaat mr. P. Garretsen, hebben cassatie ingesteld tegen een arrest van het gerechtshof te Amsterdam. Dit arrest was eerder bevestigd door de rechtbank Haarlem, die in twee vonnissen op 18 juli en 5 december 2007 had geoordeeld over de aansprakelijkheid van de verkoper in het kader van de koopovereenkomst. De Hoge Raad verwijst naar de eerdere vonnissen en het arrest van het hof, dat aan de uitspraak is gehecht.
De kern van de zaak betreft de reikwijdte van de onderzoeksplicht van de koper bij de aankoop van onroerend goed, met specifieke aandacht voor de gevolgen van bodemverontreiniging. De Hoge Raad heeft de conclusie van de Advocaat-Generaal M.H. Wissink gevolgd, die had geadviseerd het cassatieberoep te verwerpen. De Hoge Raad oordeelde dat de klachten die in de cassatie zijn aangevoerd, niet tot cassatie konden leiden. Dit oordeel werd onderbouwd met de overweging dat de klachten geen nadere motivering behoefden, aangezien zij niet leidden tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
De Hoge Raad heeft de eisers in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld, die aan de zijde van de verweerders op nihil zijn begroot. Dit arrest is openbaar uitgesproken en vormt een belangrijke uitspraak in het civiele recht, met implicaties voor de aansprakelijkheid van verkopers en de onderzoeksplicht van kopers in gevallen van bodemverontreiniging.