ECLI:NL:HR:2010:BO3532
Hoge Raad
- Cassatie
- D.H. Beukenhorst
- A. Hammerstein
- F.B. Bakels
- W.D.H. Asser
- C.E. Drion
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen dwangbevel en versnelde invordering op basis van de Invorderingswet 1990
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 17 december 2010 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die was ingesteld door [eiser] tegen de Ontvanger van de Belastingdienst Amsterdam. De zaak betreft een verzet tegen een dwangbevel op grond van artikel 17 van de Invorderingswet 1990. De vraag die centraal stond was of de ontvanger bevoegd was tot versnelde invordering vanwege gegronde vrees voor verduistering, zoals bedoeld in artikel 10 van de Invorderingswet 1990.
De Hoge Raad verwijst naar eerdere uitspraken in de feitelijke instanties, waaronder een vonnis van de rechtbank Amsterdam en een arrest van het gerechtshof te Amsterdam. De ontvanger heeft geconcludeerd tot verwerping van het cassatieberoep, en de advocaten van beide partijen hebben de zaak toegelicht. De Advocaat-Generaal L.A.D. Keus heeft in zijn conclusie ook geadviseerd om het cassatieberoep te verwerpen.
De Hoge Raad heeft geoordeeld dat de klachten die in de cassatie zijn aangevoerd niet tot cassatie kunnen leiden. Dit oordeel is gegeven zonder nadere motivering, omdat de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en [eiser] veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op € 384,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.