ECLI:NL:HR:2010:BM7458

Hoge Raad

Datum uitspraak
16 november 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
08/04129 B
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontvankelijkheid van het cassatieberoep in verband met termijnoverschrijding

In deze zaak gaat het om een cassatieberoep dat is ingesteld door de klager tegen een beschikking van de Rechtbank te Haarlem, gedateerd 18 augustus 2008. De klager, geboren in 1971, had een klaagschrift ingediend op basis van artikel 552a van het Wetboek van Strafvordering. Echter, het cassatieschrift is pas na de wettelijke termijn bij de Hoge Raad ingediend. De Advocaat-Generaal Vellinga heeft geconcludeerd tot niet-ontvankelijkverklaring van de klager in het beroep, omdat de indiening van de schriftuur niet binnen de gestelde termijn heeft plaatsgevonden.

De Hoge Raad heeft de ontvankelijkheid van het beroep beoordeeld en vastgesteld dat de klager niet binnen de bij de wet gestelde termijn een schriftuur heeft ingediend. Dit betekent dat het voorschrift van artikel 447, vijfde lid, van het Wetboek van Strafvordering niet in acht is genomen. Hierdoor kan de klager niet in het beroep worden ontvangen. De Hoge Raad heeft vervolgens de klager niet-ontvankelijk verklaard in het cassatieberoep.

Deze beschikking is gegeven door de vice-president A.J.A. van Dorst als voorzitter, samen met de raadsheren J. de Hullu en W.F. Groos, in aanwezigheid van de waarnemend griffier E. Schnetz. De uitspraak vond plaats op 16 november 2010 tijdens een openbare terechtzitting.

Uitspraak

16 november 2010
Strafkamer
nr. 08/04129 B
Hoge Raad der Nederlanden
Beschikking
op het beroep in cassatie tegen een beschikking van de Rechtbank te Haarlem van 18 augustus 2008, nummer RK 08/906, op een klaagschrift als bedoeld in art. 552a van het Wetboek van Strafvordering, ingediend door:
[Klager], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1971, domicilie kiezende te [plaats].
1. Geding in cassatie
Het beroep is ingesteld door de klager. Namens deze is een schriftuur ingediend, die echter eerst na afloop van de bij de wet gestelde termijn bij de griffie van de Hoge Raad is ingekomen.
De Advocaat-Generaal Vellinga heeft geconcludeerd tot niet-ontvankelijkverklaring van de klager in het beroep.
2. Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep
Nu de klager niet binnen de bij de wet gestelde termijn bij de Hoge Raad door een raadsman een schriftuur houdende middelen van cassatie heeft doen indienen, is niet in acht genomen het voorschrift van art. 447, vijfde lid, Sv, zodat de klager in het beroep niet kan worden ontvangen.
3. Beslissing
De Hoge Raad verklaart de klager niet-ontvankelijk in het beroep.
Deze beschikking is gegeven door de vice-president A.J.A. van Dorst als voorzitter, en de raadsheren J. de Hullu en W.F. Groos, in bijzijn van de waarnemend griffier E. Schnetz, in raadkamer en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 16 november 2010.