ECLI:NL:HR:2009:BK1605

Hoge Raad

Datum uitspraak
18 december 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
09/03212
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatieberoep tegen uitspraak Hof van Discipline niet-ontvankelijk verklaard

In deze zaak heeft verzoeker, een advocaat, op 18 juni 2008 hoger beroep ingesteld bij het Hof van Discipline tegen een beslissing van de Raad van Discipline in 's-Hertogenbosch van 19 mei 2008. Deze beslissing hield in dat aan verzoeker de maatregel van voorwaardelijke schorsing in de uitoefening van zijn praktijk voor de duur van twee weken was opgelegd. Het Hof van Discipline heeft op 19 juni 2009 de eerdere beslissing vernietigd en in plaats daarvan aan verzoeker een berisping opgelegd. Verzoeker heeft vervolgens cassatie ingesteld tegen deze beslissing van het Hof van Discipline.

De Hoge Raad heeft in deze zaak geoordeeld dat verzoeker niet-ontvankelijk is in zijn cassatieberoep. Dit oordeel is gebaseerd op het feit dat tegen beslissingen van het Hof van Discipline geen cassatieberoep openstaat, zoals eerder is vastgesteld in HR 25 september 2009. De conclusie van de Advocaat-Generaal J.L.R.A. Huydecoper strekte ook tot niet-ontvankelijkverklaring van verzoeker in zijn cassatieberoep. De advocaat van verzoeker heeft hierop gereageerd, maar de Hoge Raad heeft de ontvankelijkheid van het beroep beoordeeld en geconcludeerd dat verzoeker niet kan worden ontvangen.

De beschikking is gegeven door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, E.J. Numann en C.A. Streefkerk, en is op 18 december 2009 in het openbaar uitgesproken door raadsheer E.J. Numann.

Uitspraak

18 december 2009
Eerste Kamer
09/03212
EE
Hoge Raad der Nederlanden
Beschikking
in de zaak van:
[Verzoeker],
wonende te [woonplaats],
VERZOEKER tot cassatie,
advocaat: mr. R.A. van der Hansz.
Verzoeker zal hierna ook worden aangeduid als [verzoeker].
1. Het geding in feitelijke instanties
[Verzoeker] is op 18 juni 2008 bij het Hof van Discipline in hoger beroep gekomen van de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort 's-Hertogenbosch van 19 mei 2008, waarbij aan hem onder meer de maatregel van voorwaardelijke schorsing in de uitoefening van de praktijk voor de duur van twee weken is opgelegd.
Het Hof van Discipline heeft voornoemde beslissing bij beslissing van 19 juni 2009 vernietigd en, in zoverre opnieuw rechtdoende, aan [verzoeker] de maatregel van berisping opgelegd.
De beslissing van het Hof van Discipline is aan deze beschikking gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen de beslissing van het Hof van Discipline heeft [verzoeker] beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan deze beschikking gehecht en maakt daarvan deel uit.
De conclusie van de Advocaat-Generaal J.L.R.A. Huydecoper strekt tot niet-ontvankelijkverklaring van [verzoeker] in zijn cassatieberoep.
De advocaat van [verzoeker] heeft bij brief van 5 november 2009 op die conclusie gereageerd.
3. Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep
Het beroep is gericht tegen een in een tuchtrechtelijke procedure als bedoeld in paragraaf 4 van de Advocatenwet door het Hof van Discipline gedane uitspraak. Verzoeker kan niet worden ontvangen in zijn beroep, aangezien tegen beslissingen van dat hof geen cassatieberoep openstaat [vgl. HR 25 september 2009, nr. 09/01585, LJN BJ8495].
4. Beslissing
De Hoge Raad verklaart verzoeker niet-ontvankelijk in zijn beroep.
Deze beschikking is gegeven door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, E.J. Numann en C.A. Streefkerk, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann op 18 december 2009.